IK
De
zwaarste strijd in
het leven is die tegen mezelf. Wat komt er, zo God het niet verhoedt,
in een
mens op. Er staat duidelijk in de Bijbel dat onze keel een geopend graf
is. Dat
slangenvenijn op onze lippen gevonden wordt. De weg van de vrede kennen
we
niet. Kortom, het is een hopeloze toestand. Door het ontdekkende licht
van Gods
Heilige Geest krijgen we dit te zien. We gaan zicht krijgen op wie we
zijn. Dan
is het afgelopen met het kijken naar anderen. Met het veroordelen van
die
ander. We hebben het druk genoeg met onszelf. Deze strijd zal voortaan
een heel
leven duren. Steeds weer zullen we zien dat het niks was. Niks is. Maar
ook
niks zal worden. Wanneer we denken de ene zonde eronder te hebben, de
andere
staat weer op. Daarom zullen we ook nooit zalig worden door hetgeen we
doen.
Het blijft altijd een zaak van vergeving van onze zonden. En dit door
het bloed
van de Heere Jezus.
En toch
spreekt Gods Woord heel
duidelijk van de weg van de heiligmaking. Van de vernieuwing van ons
bestaan.
We mogen niet in de zonden blijven leven. Wanneer we zien waaraan we
vandaag
weer schuldig stonden, er komt een oprecht berouw. En ook een haten van
datgene
wat voor God niet kan bestaan. Wanneer we zien op hetgeen we gesproken
hebben.
Op dat wat we gedaan hebben. Gods kinderen gaan steeds meer zien hoe ze
de hulp
en de leiding van Gods Geest nodig hebben. Ze vragen of deze derde
Persoon in
het goddelijk wezen hen tot een Leidsman wil zijn in het leven. Of Deze
hen wil
helpen bij alles. Daarbij weten ze ook dat ze niet zonder het onderwijs
uit
Gods Woord kunnen. Paulus heeft bijvoorbeeld in het Nieuwe Testament
zoveel
lessen gegeven. Die nog steeds onmisbaar zijn. Daarom krijgen al Gods
kinderen
Zijn Woord lief. Ze gaan graag naar de kerk. Omdat ze daar weer horen
over die
smalle weg naar het eeuwige leven. En met datgene wat ze tot zich nemen
kunnen
ze weer verder gaan.
De
strijd tegen jezelf is moeilijk. Het is in eigen
kracht niet te doen. Bij alles wordt ervaren welke rol het karakter
speelt.
Iemand die opvliegend van aard is moet daar tegen leren strijden.
Iemand die
altijd het woord heeft, leert luisteren. Wie op zijn gevoel handelt,
denkt
voortaan eerst na of het wel verstandig is dit of dat te doen of te
laten. Een
mens die op zichzelf is gericht, krijgt ogen om ook eens voor een ander
wat te
kunnen betekenen. De luiaard gaat voortaan aan het werk. En zo leert
ieder van
Gods kinderen bij meerdere ontdekking van zichzelf dat het nieuwe leven
hier
altijd maar een klein beginsel is. Elke dag weer zijn er de nodige
lessen om te
groeien in de genade van de Heere Jezus. Om te leren en af te leren.
Alles wordt
geleerd door het
krijgen van verstand van God en goddelijke zaken. Psalm 27 leert dat
het hart
vol is van de dienst van God. Dat er een heilige begeerte is om iedere
dag
bezig te zijn met de dingen die Gods Koninkrijk aangaan. Gods Woord
geeft ook
een belofte. Zoekt eerst het Koninkrijk van God en alle dingen zullen
je worden
toegeworpen. De Heere zal zorgen voor alles, wanneer je op Hem
vertrouwt.
Wanneer je wilt leven naar Zijn goddelijk bevel. Zeker zal het meest
door een
moeilijke weg gaan. God heeft geen kalme reis beloofd. Maar Hij
verzekert in
Zijn Woord wel van een behouden Aankomst.
De strijd
tegen jezelf blijft
duren. Opstand, moedeloosheid, wantrouwen. Het niet kunnen houden van
Gods
heilige wet. Maar boven dit alles staat de genade van de Heere Jezus.
De liefde
van God. En zo zijn al Zijn kinderen
vrijgesproken van de straf die wacht op de zonde.
Hij ziet geen enkele
overtreding in Zijn kinderen. Ja, het was als hadden ze geen zonden
gedaan.
Altijd weer zal Hij het voor hen opnemen. En in een weg van opmerken
mogen ze
de wonderlijkste dingen in hun leven ervaren. De Heere is een Waarmaker
van
Zijn Woord. Hij zorgt. Hij redt keer op keer. Hij zal het maken dat ze
zich
zullen verwonderen. En dan zingt de psalmist: Zo doe Hij ook aan mij.
|