Geen
goed en helder onderwijs geeft dwalingen. Ook in het geestelijke leven
worden
steeds weer dingen opgemerkt die niet op het Woord zijn gegrond.
Gedachten en
inzichten die een eigen leven gingen leiden. Waar altijd wel weer een
handvol
mensen in meegaat. Maar waar uiteindelijk de Geest in Zijn grote
werking wordt
gemist. Tegengestaan.
Een
levensgroot voorbeeld in deze tijd is het aanbod van de genade. Die
mensen in
bepaalde kerkverbanden menen in hun hand te hebben. Mensen, die menen
te moeten
bepalen voor wie wel en voor wie het leven der genade niet is. Het
Woord leert
dat genade gunnend is. Wat nu aan mij, de grootste der zondaren is
geschied,
dat is voor iedereen mogelijk. En in een leven van liefde is er een
aansporen
om te zoeken wat te verkrijgen is voor niets. In een weg van dienstbaar
zijn in
Gods Koninkrijk wordt gezocht naar wegen anderen deelgenoot te maken
van dat
grote goed wat is weggelegd voor die de Heere vrezen. Zeker is het
uitdelen van
genade een eenzijdig werk van God. Maar in de weg van elkaar dienen is
er een
mogelijkheid om een middel te zijn in Gods hand.
Genade
is een groot goed. Waar je uit kan en mag leven. Het leven is het leven
van de
Heere. En de genade is uit Hem. Wat gekregen is zoekt wegen om uit te
delen.
Praktijk is dat niet iedereen openstaan voor het ontvangen van genade.
Altijd
weer is het paren van de Heilige Geest aan wegen die worden bewandeld
een
voorwaarde. Och, schonk Gij mij de hulp van Uwe Geest. Gods kinderen
hebben de
wetenschap dat hun leven wordt geleid door de Heilige Geest. Al wat ze
doen zal
wel gelukken. Ze zullen op de momenten waar ze het nodig hebben de
woorden in
de mond krijgen en de zaken in het hart.
Mensen
met genade zijn in deze weg geen luie mensen. Ze zoeken steeds weer
mogelijkheden om te delen. Anderen jaloers te maken op de schat die in
de hemel
wordt bewaard. De oorsprong van datgene wat ze zoeken te doen in Gods
Koninkrijk komt voort uit de liefde die in het hart is gelegd. Wanneer
de
Heilige Geest Zijn bekerend en zaligmakend werk begint, er wordt liefde
geboren
tot God. We noemen dit de eerste vrucht van de Heilige Geest. De
Heilige Geest
maakt de boom van ons leven goed. En aan de boom die door de Heilige
Geest
wordt bewerkt komt eerst de liefde. Galaten 4 spreekt van negen
vruchten die
groeien aan onze levensboom. Vruchten die de Heilige Geest werkt. En
die uit
Christus in ons hart worden gelegd. Zo is een kind van God altijd te
herkennen
aan de vruchten die in Christus worden gevonden. Het is een gegeven dat
mensen
met genade vreemdelingen op deze dorre aarde zijn. Dat ze veel
tegenstand
ondervinden van hen die niet weten wat liefde is. Mensen die leven in
de
wereld, maar ook mensen die als godsdienstige mensen niets verstaan van
het
ware werk van de bekering of wedergeboorte. Zeker wordt er in genoemde
kringen
gesproken over Christus. Maar om nu in het leven te ervaren hoe de
Heilige
Geest uit Hem aan verloren mensen schenkt, het is een verborgenheid.
Wat
men zelf mag kennen van het Wonder van de bekering, men gunt het met
liefde ook
aan anderen. Maar wanneer men niet weet van het wondere werk van de
genade, men
herkent het ook bij een ander niet. Men gunt het ook een ander niet.
Men
oordeelt en veroordeelt. Het is altijd zo geweest: welzalig die het
geklank
kent. Bekering heeft te maken met liefde en gunning. Bekering heeft als
voorwaarde het ontdekkende werk van het eigen hart door de Heilige
Geest.
Zelfkennis doet de ander altijd weer uitnemender achten dan zichzelf.
Want dat
de Heere toch om ziet naar een dode hond als ik ben.
In
de regel voelen de mensen van de godsdienst die het alleen van zichzelf
geloven, zich te goed voor de bekering. Voor ontgronding, ontlediging.
Ze staan
op een fundament wat ze zelf hebben gelegd. Of rusten op een gegoten
traan of
bijzondere openbaring. Ondersteboven gaan met jezelf moet op alle
mogelijke
wijzen voorkomen worden. Het openbaar komen met je armoe is in eigen
oog te
vernederend. Daar staat de hoogmoed van de mens tussen. Het ware werk
van de
bekering leert dat bekering een heel leven duurt op de leerschool van
de
Heilige
Geest. Om steeds weer bij ontdekkend licht te zien dat het niets is en
ook
niets zal worden.
In
deze weg leren al Gods kinderen zich dagelijks voor God te
verootmoedigen. Wee
mij, dat ik zo heb gezondigd. In de weg van bukken en buigen is altijd
weer
vergeving. En wanneer er iets sterft van die oude mens, Christus zal
groeien in
de weg van heiligmaking. Zo zullen ze fris en groen steeds nieuwe
vruchten
dragen. Ze gaan van kracht tot kracht steeds voort. En uit de liefde
van het
hart blijven ze in een gunning tot hun medemens delen van datgene wat
ze zelf
om niet hebben ontvangen.
|