Gods
Woord door de tijd. Natuurlijk
kan je je
vasthouden aan datgene wat je vanaf je jeugd is voorgehouden. Het is
eenvoudig
en geeft geen strijd. Kortom, je voelt je veilig bij hetgeen je hebt
meegekregen en gaat in die weg door. Het kan goed zijn, doch dit is
niet altijd
zo. Zo kan het zijn dat je jaar en dag kerkt onder een prediking
waarvan elke
preek hetzelfde is. Nooit is er enige toegevoegde waarde. Oftewel, het
komt
niet verder. Maar je hoort het eenvoudig niet. Je merkt het niet op. Je
weet
niet beter. Om reden dat je nooit iets anders hoort. Nooit iets waarmee
je kan
vergelijken. Als
door een toeval kom je
toch eenmaal daar waar je niet wilde zijn. Wat je wilt is je oren
sluiten voor
datgene wat naar voren wordt gebracht. Een preek of meditatie in een
geheel
andere gemeente. Een geheel andere prediker voert het woord. Het is de
eerste
onrust die zich meester van je maakt. Want als het waar is wat je nu
toch half
en half hoort, dan is al dat andere wat je in je leven meekreeg van
geen enkele
waarde. Natuurlijk
wil je het
vergeten. Wie wacht op onrust in een vredig en rustig bestaan? Waar je
echter
je toch stiekem afvraagt of dat bestaan wel zo rustig is. Immers heb je
gehoord
en leef je bij de verwachting dat God het moet doen. Als je ooit
uitverkoren
bent, ooit mag Thuiskomen bij Hem, dan zal Hij het moeten doen. Wat je
dan nog
niet weet is dat Hij op dit moment bezig is het te doen. In een geheel
ander kerkgebouw,
waar je eigenlijk niet wilde of aanvankelijk mocht zijn, heeft Gods
Geest je
aangeraakt door het Woord wat daar werd verkondigd. En in een weg van,
hoe
verzet je je ertegen, onrust komt een nadenken. Een overdenken. Want is
al die
lijdelijkheid die je bezit wel naar dat Woord? Dan
lees je andere teksten.
Woorden waar niet en nooit over werd gepreekt in de jaren dat je trouw
zondag
aan zondag onder het Woord zat. Werkt uw zelfs zaligheid met vreze en
beven.
Want, staat er achter, het is God Die het in u werkt. Zoekt en Gij zult
vinden.
Klopt en u zal opengedaan worden. Het is geen lijdelijkheid wat je nu
tot je
neemt. Ook gaan teksten uit de evangeliën tot je spreken. God
is liefde. Het is
alsof datgene waar je altijd voor werd gewaarschuwd plotseling in het
Woord
terug is te vinden. Het evangelie van de genade. En zonder dat je het
zelf nog
maar kan bevatten ben je een ontvanger geworden van die genade. De
genade die
overvloedig wordt uitgestort in het hart van nu ook jou. Soms
gaat het licht
schijnen. Soms kan je het nog niet bevatten. Maar er is genade voor de
allergrootste van de zondaren. Die zich in zijn of haar ellende tot de
Heere
wendt. Het evangelie van de genade is verschenen aan alle mensen. Maar,
het
staat er zo duidelijk, ze hebben het niet willen horen. Steeds maar
weer houden
mensen de deur van hun hart dicht en op slot. Het zou, naar hen is
geleerd, te
gemakkelijk gaan. Te eenvoudig. Gods
genade is verschenen
aan alle mensen. En wanneer men het moedwillig van zich schuift, is er
straks
een verloren gaan door eigen schuld. Gods genade is rijk en
overvloedig. Het
leert dagelijks in een weg van dagelijkse genade. Nooit en nooit gaat
het
indrinken van die genade zonder schuld. Nooit en te nimmer gaat het
zonder het
erkennen van het dwaze en zondige hart. Van het afsterven van die oude
mens.
Van het groeien in de genade. Wanneer genade wordt uitgestort in het
hart gaat
er onherroepelijk iets gebeuren. Genade verandert een mens. Waar de
Heere werkt
zal ook zeker de duivel zijn kracht doen zien en ervaren. Hij zal
zorgen voor
de strijd en voor het ongeloof. Voor de aanvechtingen. Maar juist die
zullen
het middel zijn dat je sterker en meer geoefend daaruit tevoorschijn
komt. Jaren
kan je verkeerd hebben
onder een leer die je als het ware niet meer wilt horen. Jaren kan je
onderwezen zijn in iets wat nu je angst daarvoor laat zien. Want de
lijdelijkheid en de haast onmogelijkheid tot zalig worden is je
gebleken
absoluut niet waar te zijn. Integendeel, Gods Woord door de tijd is het
evangelie van vrije genade. Verheerlijkt in het leven van in zichzelf
verloren
mensen. Die door een groot wonder overgezet worden van de duisternis
tot Gods
wonderbaar Licht. |
|