Altijd zal het de grote vraag zijn
wie we nu
eigenlijk zijn in het oog van de Heere. Het is niet belangrijk wat
mensen van
ons zeggen of denken. Het is ook niet van waarde hoe wij onszelf zien.
God is
Rechter. En Hij beslist uiteindelijk.
Het is vaak
zo dat mensen die zichzelf zouden moeten
onderzoeken het niet doen. Terwijl Gods kinderen al tobbend en zuchtend
hun weg
gaan. Ze vragen: Is er in mij een schadelijke weg. Leidt mij op de
eeuwige.
Doorgrond en ken mijn hart o Heere. Is hetgeen ik doe niet tot Uw eer.
Gods
kinderen zijn mensen die niet groot van
zichzelf denken of spreken. Heel bescheiden en eenvoudig gaan ze hun
weg door
dit leven. Dagelijks zoeken ze gemeenschap met de Heere. En ze blijven
bang als
een Belialsman zich te bedriegen.
Christen-zijn
heeft met het gehele hart te maken.
Gods kinderen kunnen dan ook van zichzelf vaak niet bekijken dat ze nu
echt bij
de Heere mogen behoren. Het zal altijd zo’n wonder blijven
als ze eenmaal bij
Hem in de hemel zullen komen. Gods kinderen weten dat in ieders hart
hoogmoed
leeft. Dit wil zeggen dat mensen zo snel iets van zichzelf denken. Dit
brengt
hen altijd weer dicht bij de Heere. Ze kunnen soms zo’n hekel
aan zichzelf
hebben. Ze zeggen: Heere, het was niets, het is niets, en het zal ook
nooit iets
worden.
Gods
kinderen zijn dan op hun plek. Ze zijn klein,
heel klein voor de Heere. Ze schamen zich over zichzelf. En ze leggen
al hun
zondevuil de Heere steeds weer voor. In deze weg worden Gods kinderen
gelouterd. De oude mens moet meer en meer sterven. En de nieuwe mens,
in
Christus, mag opstaan. Een heel leven is nodig om in een voortdurend
proces
Gods beeld te gaan dragen.
De Heere
bekeert elk mens op Zijn tijd en wijze. Het
is niet goed je oordeel over een ander te vellen. Iedereen heeft genoeg
aan
zichzelf. Om maar steeds op die smalle weg te blijven. Om maar steeds
bij de
Heere te zijn. Om maar steeds Zijn stem te verstaan. Zichzelf te
onderzoeken.
Het is niet
goed datgene wat mensen tegen je zeggen
zomaar naast je neer te leggen. De Heilige Geest kan en wil alles
gebruiken in
de weg van heiliging. Heiligen is tegen jezelf vechten. Tegen de oude
mens die
steeds opnieuw zoekt op te staan. Het is de strijd aanbinden tegen je
zondige
aard. In deze strijd is het een voortdurend jezelf verafschuwen. De
Heilige
Geest kan mensen gebruiken om je op bepaalde zonden te wijzen. De
duivel zou
het liefst hebben dat een mens de strijd opgeeft. Doch de Heilige Geest
is
onverbiddelijk. Hij zorgt ervoor dat mensen volharden in de strijd.
Alleen
christenen die de eindstreep halen komen in de hemel.
Een christen
strijdt tegen alles wat van de wereld
is. Hij haat en vliedt de zonde. Hij wil geen gemeenschap hebben met
hetgeen
uit God niet is. De duivel probeert op allerlei wijze mensen toch te
laten
struikelen. De Heere laat deze verleidingen toe. Gods kinderen moeten
geoefend
worden staande te blijven. Ze mogen zich niet mee laten nemen in de
zonde.
Christenen komen erachter dat ze met zichzelf zo vaak omvallen. Dat
geeft dan
weer zoveel schuld en berouw over de zonde. Het brengt nog weer dichter
bij de
Heere.
Zo blijven
er voor een christen altijd drie lessen
in het leven om te leren. Ten eerste hoe groot mijn zonden en ellenden
zijn.
Ten tweede hoe ik ervan verlost word. En ten slotte is daar de
dankbaarheid aan
de Heere.
|