De
samenvatting van de tien geboden. Er is een wettisch volk. Een volk wat zich uit angst bezig houdt met de tien geboden van Gods wet. Daaraan nog duizend andere wetjes heeft toegevoegd. Door het niet te kunnen houden van al die opdrachten bedrukt en met het hoofd naar beneden over de aarde gaat. Geen glans of licht verspreidend. De tien geboden
zijn Oudtestamentisch gegeven. Toen de Heere
Jezus op de aarde kwam heeft Hij deze samengevat. Het klonk eenvoudig:
Gij zult
liefhebben de Heere uw God met geheel uw hart, met geheel uw ziel en
met geheel
uw verstand. Dat is het eerste en het grote gebod. Het tweede daaraan
gelijk is
het liefhebben van je naaste als jezelf. Aan deze twee geboden hangt de
gehele
wet en de profeten.
De
Heere Jezus heeft met Zijn lijden en sterven en
opstanding de wet volkomen vervuld. Wat niemand kan, Hij heeft het
gedaan.
Niemand zal ooit kunnen wat Hij deed. Maar het behoeft ook niet. De wet
is
vervuld. Helemaal. Er zijn mensen die het ook willen proberen. Maar ze
lopen
vast in die weg. Ze blijven lopen met hun schuld. Ze komen er nooit
uit. Nu
zijn er ook mensen die geroepen worden tot het liefhebben
van de Heere. Zij leren Hem te volgen van dag tot dag. Zij mogen
geloven dat
hun schuld daarom is verzoend. Dat de Heere er niet meer aan denkt. Dat
deze
geworpen is in een zee van vergetelheid. Het was een ogenblik in de
toorn van
God. Maar die toorn is gestild. Voortaan
mogen Gods kinderen leven zoals de Heere dat deed.
Vanuit de liefde van het hart mag er een dienen zijn van de naaste. In
dat
dienen wordt de Heere Zelf gediend. Zoals Hij in Mattheüs
heeft aangegeven. Wat
je doet aan de minste van de Heere, dat doe je aan de Heere. Liefde is
iets wat
mensen van zichzelf niet hebben. Door de diepe val in het Paradijs is
er niets meer
wat voor God kan bestaan. Omdat de mensen liefhebbers van zichzelf zijn
geworden. Door de volkomen Offerande van de Heere Jezus is de Heilige
Geest op
de aarde gekomen. Deze laat al dat verkeerde zien aan mensen die Hij
aanraakt.
Hij ontdekt ze aan hun verloren staat. Aan hun weg die naar het eeuwig
verderf
gaat. Hij leert roepen om vergeving. Wat alleen er is in het geloof van
de
Heere Jezus. Niet meer en niet minder zal nodig zijn om in een nieuw en
godzalig leven te wandelen in een weg van liefde. Liefde
is een weg van geven. Van zichzelf te geven. In woord
en in daad. Een opmerkzaam oog ziet met een verlicht verstand wat de
weg is die
in deze moet worden gegaan. Meeleven. Meebidden. Opzoeken. Delen.
Aanreiken.
Het zijn van die dingen die op je weg komen. Door de Heilige Geest laat
de
Heere zien wat Hij verwacht van Zijn kinderen. Om geschonken gaven en
talenten
en mogelijkheden te gebruiken in Zijn dienst. En
de wet? De tien geboden? Het zijn de woorden van God. Die
een leidraad zijn in dat leven van dienen. In die liefdedienst. En al
die
eigengemaakte wetjes? Die duizend regeltjes en plichten? Ze hebben er
niets mee
te maken. Ze zorgen alleen voor een verkrampt leven. Waarin de angst
hoogtij
viert. Want, o, als ik niet dit of dat doe, dan zal de Heere me wel
straffen. |
|