Genade
Mediteren
is een stil moment houden. Rust voor jezelf. Alles overdenken. Je aan
de voeten
van de Heere neerleggen en wachten. Merk op mijn ziel wat antwoord God
u geeft.
Om de Heere te volgen is herhaaldelijk een pas op de plaats nodig.
Mensen
denken zo snel dat ze het wel weer zelf weten. In die gestalte vliegen
ze door
het leven. God is echter geen ledig Toeschouwer. Steeds opnieuw zoekt
Hij Zijn
kinderen op hun plek te brengen. Daar waar Hij ze hebben wil. De Heere
gebruikt
wegen en middelen om Zijn plan met de Zijnen te volbrengen. Jona heeft
er ook
iets van geleerd. Weglopers zijn uiteindelijk doodlopers.
Een
weg van vastlopen is de weg waarin een mens met alles van zichzelf
omkomt. Hij
gaat uiteindelijk de dood in. In een weg van sterven ligt het leven.
Met jezelf
de dood in doet in een gelovig zien op Jezus met Christus opstaan in
een nieuw
leven. In een eerste verwondering kan men als Saulus niet omgaan met
het grote
licht wat wordt gezien. Doch in een weg van onderwijs gaan de eerste
stralen
van het evangelie schijnen. Goed en eerlijk onderwijs leert dat er aan
die
stralen in dit leven nooit een einde komt. Iedere dag weer komt de
Heere door
Zijn Woord en Geest tot Zijn kinderen met lessen die geleerd mogen
worden in
een weg van genade. Genade is alles wat voor niets wordt ontvangen op
deze
oefenschool. En waarvan de prijs op Golgotha
is betaald.
De
Heere Jezus gaf Zijn leven voor de Zijnen. Maar Hij stond op en in deze
opstanding mogen ze delen. Het nieuwe leven wat door Hem is aangebracht
is de zaligheid.
Krachtens het werk van Zijn Heilige Geest wordt deze gegeven in dit
leven aan
Gods kinderen. De vrucht van het nieuwe leven is te herkennen aan de
liefde die
is uitgestort in het hart. Deze liefde is de grond voor al datgene wat
in een
leven van dankbaarheid wordt gewerkt.
Gods
kinderen worden niet zalig door de werken. Maar zij worden er wel naar
geoordeeld. Een dode dogmatiek en een dode belijdenis zullen in het
gericht
niet bestaan. Het kan enkel de genade zijn die geschonken wordt in het
leven.
De genade die in gaven en talenten zichtbaar is. Een goede boom brengt
ook
goede vruchten voort. Zeker is dat de ene mens meer vrucht draagt dan
de ander.
Doch niemand bewoont onnuttig de aarde.
De
genade die ontvangen wordt is rijk. Er mag en moet mee gewoekerd
worden.
Wanneer dit wordt ervaren zal in het voortgaande steeds meer en rijker
vrucht
komen. Dit is in een weg van groeien duidelijk waar te nemen.
Geestelijk leven
is altijd in beweging. Het bloed van Christus doet in het leven een
wonderbare
kracht. Al Gods kinderen zijn in een gemeenschap der heiligen elkaar
tot een
hand en een voet. Samen zijn ze lid van de ene heilige en algemene
christelijke
kerk. Samen strijden ze voor de zaak van Christus. Hij is de
Vredevorst. En als
zodanig strijden ze voor de vrede en het recht.
Hoe
meer genade, hoe meer kennis van Christus wordt ontvangen. Meer en maar
gaat
Hij leven in het hart van Gods kinderen. Dagelijks worden ze
begenadigd.
Hetgeen wil zeggen dat ze meer genade ontvangen. En deze genade is
hebberig van
aard. Er kan een heilige jaloersheid zijn ook deelgenoot te worden van
datgene
wat al Gods kinderen hebben. Ezau had veel. Doch Jakob getuigde dat hij
alles
had.
Genade
is ook mededeelzaam. Onder inwachten van Gods Heilige Geest is er in
een enorme
gunning naar anderen vanuit de liefde hen deelgenoot te maken van het
grote
goed wat voor Gods kinderen is weggelegd. En reeds hier wordt rijk
geschonken
uit de weldaden die Christus heeft verdiend.
Genade
wordt altijd geschonken wanneer er plaats voor is gemaakt. In een weg
van
ontdekking aan de doodsstaat van zichzelf, het belijden van die schuld,
is
vergeving en genade. Waar de oude mens in Adam in deze weg sterft, daar
staat
Christus op. Zo neemt de Heilige Geest een levenlang Zijn intrek in het
hart.
En zo neemt deze derde Persoon in het Goddelijk Wezen uit Christus om
het in de
mens te leggen.
Wat
de Heere begint maakt Hij ook af. Hij is niet als mensen. Hij is de
Getrouwe.
Steeds opnieuw brengt Hij de Zijnen terug. Dicht aan Zijn hart. In die
weg
leren ze ook de ootmoed kennen. Het wordt zo’n groot wonder
dit alles in het
leven keer op keer te mogen ervaren. De zelfkennis wordt steeds groter.
De
zondekennis navenant. En in die weg gaat de Christus in Zijn schoonheid
steeds
meer schitteren.
Zelfkennis
leert de ander uitnemender te achten. Oordeelt en veroordeelt anderen
niet.
Integendeel, de liefde die in het hart is gelegd geeft een bewogenheid
met
allen. Er wordt gezongen: kom ga met ons en doe als wij. In een weg van
gunning
wordt rijk en overvloedig gedeeld van al datgene wat geschonken is en
wordt.
Waarbij weer wordt ervaren dat men van het uitdelen niet minder wordt.
De
schoonheid van Christus gaat alles ver te boven. En in deze schat raakt
men in
dit leven nooit en nimmer uitgeleerd.
|