De
heiliging van het leven. Zonder
de heiliging van het
leven is er geen zaligheid. Praten over bevindingen in het geestelijk
leven
heeft geen nut. Uiteindelijk zal in het leven blijken of en wie we in
Christus
zijn. Wanneer we in ons leven mogen weten van bekering, van omkering,
van een
keuze om te leven tot eer van God, er vindt een volkomen verandering
plaats. Een
wonder wat in ons leven persoonlijk is gebeurd zal ook een wonder
blijken te
zijn. Wat we deden doen we niet meer, wat we niet deden gaan we doen.
En alles
heeft te maken met de liefde die in ons hart is uitgestort. De liefde
tot God. We
hebben voortaan andere regels, andere gedachten en overleggingen in ons
hart.
Onze vriendenkring verandert en we nemen een totaal ander standpunt in
alle
dingen in. Kortom, bij een bekering gaat een hele mens er tussenuit. De
oude
mens. De oude mens die niet wil sterven maar met vuisten wordt
geslagen. Voor
ogen houden we datgene wat de Heere in de tien geboden als leefregels
heeft
gegeven. Om te leven vanuit dankbaarheid. Tot eer van God. In een
liefdedienst
tot Hem en onze naaste is ons leven van nu en voortaan geheel gevuld. De
verandering in ons leven
merken we zelf op. De bekering is niet iets wat buiten ons omgaat. De
strijd
die dit met zich meebrengt is niet iets wat aan ons voorbijgaat.
Bekering, ja
de waarachtige bekering is iets wat ons gehele leven en onze gehele
omgeving
omgaat. Zo kan het eenvoudiger zijn met mensen om te gaan die we
voorheen niet
kenden dan met hen die ons zien en blijven zien zoals ze ons zagen.
Waarbij we
steeds weer moeten zeggen dat God barmhartiger is dan mensen. Wettisch
worden we niet. Aan
de wet zijn we gestorven. En we worden niet weer hiermee bevangen. Om
met een
gedachte dat we in het houden daarvan kunnen betalen voor onze zonden
en de
Heere te behagen. Het leven wat we leiden is het nieuwe leven. Een
leven wat
altijd met zonden blijft bevlekt. Door Gods Geest blijven we echter
onszelf
tegenkomen. Zien we dat het echt nooit iets zal worden van onszelf.
Toch zal
Christus in ons groeien en zullen we zelf afgebroken worden. Immers
overwint de
liefde altijd. Ja, deze is sterker dan de dood. Hoewel
we er uit onszelf
nooit iets van maken zal de
Heere ons
elke dag een nieuw begin geven. Geeft Hij ons elke dag de genade om
verder te
gaan. In ons leven zullen we zo de Heere het geeft minder zonde doen.
Maar in
ons eigen oog een steeds groter zondaar worden. Want alles wat we
vroeger deden
wordt voortaan onderworpen aan een keuring die we onszelf niet leren.
De grote
vraag is of we leven tot eer van God. Of we in ons doen en laten Gods
eer
beogen. In
een weg van heiliging is
strijd verweven. Want, immers, het goede wat we moeten doen, dat doen
we uit
onszelf niet. Het kwade wat we niet moeten doen, dat doen we. Zo leren
we
onszelf kennen als een ellendig mens. Doch
het leert ons te schuilen bij de Heere Jezus Christus. Om van en door
Hem
geholpen te worden van nu en voortaan. |
|