Hoogtes en
dieptes in het genadeleven. Gods
Woord is duidelijk. Door veel verdrukkingen zullen uiteindelijk Gods
kinderen
ingaan in het Koninkrijk van God. De dagen der duisternis zullen vele
zijn. In
de dieptes wordt geoefend in het allerheiligst geloof. Na het zure komt
het
zoet. Na een hoogte komt weer een diepte. En niet eerder dan wanneer
een mens
zijn ogen sluit sterft de oude mens. Aard en karakter spelen een rol in
het
leven van Gods kinderen. Opvoeding en milieu eveneens. Er is trap en
mate in het
genadeleven. De één krijgt meer dan de ander. Er
is verschil in gave. Er is
verschil in talenten. Er is onderscheid in de plaats waar men
dienstbaar wordt
gesteld. Een psalmist getuigt dat er nooit een morgenstond is waarop
geen
kastijding is. Dat de bestraffing er elke morgen is. Er zijn tijden van
dikke
duisternis. Er zijn momenten van hoogtes en lof zingen. En geen mens
wordt
hetzelfde geleid. Het belangrijkste is dat er in deze onderwijs is.
Zodat we
niet oordelen over de staat of stand van deze of gene. Het is vaak zo
dat een
mens zichzelf niet eens begrijpt. Hoe zal dan een ander hem moeten
oordelen. Predikanten
en andere ambtsdragers verwaardigen zich soms leden die ten Avondmaal
zijn
gegaan een soort kruisverhoor te laten ondergaan. Waarbij het vuur dan
zodanig
aan de schenen wordt gelegd dat in het verdere deze gang maar wordt
gemeden.
Het is diep treurig en intens droevig dat in plaats van onderwijs als
het ware
een soort oordelen plaatsvindt. Waarbij dan zogenaamd al of niet wordt
overgenomen wat wordt besproken.
Gods
Woord is duidelijk. De boom wordt aan de vruchten gekend. En een goede
boom
brengt goede vruchten voort. Gedreven door de liefde is er een staan
voor de
zaak van Jezus Christus. Saulus preekte terstond de Christus. En van
deze kracht
die voortkomt vanuit een vurige liefde staat opgetekend dat hij van
kracht tot
kracht steeds voortgaat. En zouden van hen die gesteld zijn als leraars
niet
zuchten om licht en wijsheid? Van waaruit ze hen die aan hun zorgen
zijn
toevertrouwd te kunnen en te mogen onderwijzen. De
aanvechtingen kunnen immers zo zwaar zijn dat voor een tijd wordt
gedacht niet
meer verder te kunnen leven. Zou de Allerhoogste van mijn klagen en
bittere
rampen wel kennis dragen. Maar wanneer de beloftes weer hun kracht
doen, wordt
een vertroosting ervaren uit de wetenschap dat de Heere hun val nooit
zal
toestaan. Soms moet een mens tot driemaal toe eerst de belofte horen
voor hij
eruit moet gaan leven. Waarbij het geloof de Heere dan als het ware
vastgrijpt
en wijst op de woorden die gesproken zijn.
Zo
wordt het waar dat het geloof altijd in de diepte wordt geoefend.
Dieptes, die
meermalen zo zijn dat geen mens meer gelooft dat hier nog verwachting
is. Doch
waar toch mag worden gezongen door Gods kinderen in de verdrukking. En
al is er
nog zoveel tegenstand, men weet één ding zeker.
Ik heb het zelf uit Zijne mond
gehoord. Soms gaan jaren er overheen voor de Heere verder gaat met een
werk wat
Hij eenmaal is begonnen. Er moet immers eerst plaats voor zijn. Hoogtes
en dieptes wisselen elkaar af. Zeker zou het niet goed zijn wanneer een
mens
altijd in de diepte moest verkeren. De dieptes zijn om te leren en
geoefend te
worden op de school van Gods Geest. Maar er zullen zeker weer de
hoogtes zijn
om in de praktijk te brengen het onderwijs wat is genoten. Om met de
nieuwe
inzichten en gedachten de reis te vervolgen.
Het
leven van al Gods kinderen wordt geleid door Gods Heilige Geest. Het is
niet
altijd zichtbaar. Zeker de moeilijkste omstandigheden kunnen zoveel
twijfel en
angst geven. De Heere werkt altijd aan op een vluchten tot Hem. Om van
en door
Hem geholpen te worden. En van ieder mens af te zien. Hij is een
jaloers God op
Zijn eer. Er kan zijn een zucht vanuit de diepte. Heere, help, ik
verga. Maar
dan wordt ervaren dat eer ze roepen het antwoord al onderweg is. En die
gelovig
tot hem vluchten zullen nooit beschaamd uitkomen. |
|