Paasfeest
gedenkt het nieuwe
leven. Van
huis uit worden we
geboren als kinderen van Adam. We zijn buiten God en buiten Christus.
De zonde
is ons vermaak. En zo zullen we eenmaal sterven zonder hoop. Alleen met
het
uitzicht op een eeuwige nacht. Eenmaal
in de tijd is de
Heere Jezus als de Zoon van God gekomen op deze aarde. Hij heeft Zijn
gehele
leven geleefd zoals God dat had bedoeld. Tussen mensen die niet anders
doen dan
zondigen heeft Hij Zich begeven. Daar scheen het Licht. Doch wie zag
dit? Zeker
waren er Zijn volgelingen. Mannen en vrouwen die Hem liefhadden en
volgden.
Doch het echte doel begrepen en verstonden ze niet. Geen van hen
wachtte op
Zijn opstanding. Ze begaven zich allen in het donker naar het graf.
Daar eerst
werd duidelijk dat Hij was opgestaan. Zalig
die het niet zien en
toch geloven. Dat gold ook toen. Maar de Heere verscheen hen in hun
ongeloof.
Hij toonde alles wat Hij had geleden om de dood te overwinnen. Voor
mensen die
in de dood leven. Toen eerst gingen de schriften open. Werd verstaan
dat Hij
dit moest lijden. Dat Hij moest sterven. Om zo op te staan. En
nu is het de vraag in wie
wij zijn. Zijn we nog in die oude Adam. Zijn we nog de mensen die
reizen naar
de eeuwige nacht. Of mogen we geloven in Christus een nieuw schepsel te
zijn.
Mogen we weten van die oude mens. Maar ook van dat nieuwe leven wat ons
ten
deel is geworden. Dit alles als genadegift. Geschonken in een weg van
de
waarachtige bekering. Het oude wat voorbij is gegaan. Waaraan de Heere
niet
meer gedenkt. Wat Hij achter Zich heeft geworpen in een zee van eeuwig
vergeten. Waar Hij ook niet meer op terugkomt. Mogen
we weten dat we in
Zijn ogen zijn als
nieuwe schepselen.
Het kwade hatend. Het goede najagend. Wetend bij ondervinding dat het
ons niet
lukt in eigen kracht. Verstaan we Paulus die verhaalt hoe hij dit heeft
ervaren. Paasfeest
is het feest van
de overwinning. Het feest van de hoop. Van het nieuwe leven. Zoals in
de natuur
het eerste groen aan de takjes komt. Zoals de knopjes aan de struiken
uitbotten. Zoals er in het land wordt gezaaid. Zodat er
weer de hoop is op de nieuwe oogst. Zo is er
in het feest van de overwinning hoop en de verwachting voor mensen die
afgeschreven waren. Mensen die in de dood lagen. Waar niemand iets
goeds meer
van wilde horen. Paasfeest is het feest van het wonder. Het grootste
wonder is
de overwinning van de dood. In de hof waar de Heere Jezus lag begraven.
En in
dat wonder ligt de opstanding uit de geestelijke dood van mensen die
van
zichzelf nooit meer iets goeds voort kunnen brengen. Er
is voortaan geen toekomst
zonder hoop. Er is nu een weten van het eeuwige leven. Hier is het een
leven
van sterven. Sterven aan de oude mens. Sterven aan de zonde. De zondige
gedachten en begeerten. Doch in het sterven van die oude mens ligt de
opstanding in Christus. Waar in een weg van vrucht dragen wordt
gezongen: Ik
wens te zijn als Jezus. Zo nederig en zo goed. Zijn woorden waren
vriendelijk.
Zijn stem was altijd zoet. De
natuur is na de winter
donker. Maar bij de eerste zonnestralen gaat alles weer uitkiemen. Soms
lijkt
het alsof na een strenge winter er geen groei meer in een heg zit. Soms
ben je
bijna zover hem te verwijderen. Doch geduld en wachten wordt vaak
beloond. Dan
blijkt toch hier en daar een klein puntje groen tevoorschijn te komen.
Zo is
het voor allen die in Christus worden gevonden. Dood. Geestelijk dood.
Doch aan
de vruchten kan je het zien. Hier en daar is het wonder van het nieuwe
leven in
Christus geboren. |
|