De
Heere Jezus droeg het
zwaarste kruis. In dit leven heeft Hij ervaren wat het is om veracht te
worden
bij mensen. De verloochening van Hem moest Hij dagelijks ervaren. Aan
het kruis
droeg Hij de zonden van die mensen die door genade de zonden zijn en
worden
vergeven. Daarop ontving Hij uiteindelijk van Zijn Vader een kroon. Zo
is Hij
opgevaren ten hemel. Waar Hij bidt voor hen die Hem zijn gegeven. De
grote
Voorbidder van de Zijnen wordt het nooit moe om hen te dragen in het
gebed. Wat
een bijzonder wonder dit door het geloof te mogen weten. Dat het niet
alleen
anderen maar ook mij is en steeds weer wordt geschonken. Vergeving van
zonden
en uiteindelijk het recht op het eeuwige leven. Maar
zover is het nog niet.
In dit leven worden Gods kinderen geoefend en gelouterd. Steeds meer
worden ze
door Woord en Geest geleid. Om die oude mens Adam af te sterven en in
Christus
als een nieuw mens op te staan. Het oefenen en het louteren gebeurt in
een weg
van het dragen van een kruis achter de Heere aan. Geen van Gods
kinderen
ervaart dit leven als een hemel op aarde. Door de zonde is de
gebrokenheid van
de wereld gekomen. Die gebrokenheid ervaren zij dagelijks. Elke dag
weer moeten
ze leren het kruis op zich te nemen en als kinderen Gods dit te dragen.
Dat
houdt een volledige verloochening van zichzelf in. Om onder het kruis
te komen.
Het ermee eens te zijn. Uit en van zichzelf kan niemand dit. Wanneer er
moeilijkheden zijn, men zoekt deze uit de weg te gaan. We zien dit
bijvoorbeeld
in de vele echtscheidingen die er zijn. Wie verstaat nog het dragen van
het
kruis wanneer ziekte of tegenspoed in het huwelijk binnentreedt. Men is
egoïstisch en heeft geen zin het kruis van hen die naast hen
gaan te dragen.
Men ontwijkt het dragen van het kruis. Daarbij vergeet men dat ook in
het
nieuwe leven er altijd weer de kruizen zullen zijn. Misschien wel
groter en
zwaarder dan voorheen. Waarbij dan moet worden erkend dat dit geen
kruis is wat
de Heere heeft opgelegd, maar wat men zelf door eigen gekozen wegen
heeft
aangehaald. Het erkennen van die schuld is iets wat alleen genade
leert. Men
houdt liever vast aan het wijzen met de vinger naar die ander. Die de
schuld heeft
van het gaan van die wegen. Genade
alleen leert het
dragen van het kruis. Genade geeft immers de liefde in het hart tot God
en de
naaste. En liefde is niet iets wat uitgeblust kan worden. Natuurlijk
kan een
tijdlang deze op een heel laag pitje staan. Kan deze door
omstandigheden
schijnen uit te doven. Maar door Woord en Geest zal deze altijd weer
opvlammen.
Zelfs in het zwaarste kruis. Het
grootste gevaar in het
leven van de genade is de eigenliefde. Het egoïsme. Wat altijd
de hoogste en
eerste plaats in het leven zoekt. Deze vijand van de zelfverloochening
heeft
vanaf de val in het Paradijs zo verschrikkelijk veel stukgemaakt. Het
is altijd
goed jezelf af te vragen wat je beweegt iets te doen of iets te laten.
Is het
de liefde tot de Heere en die ander. Of houd je toch meer van jezelf. |
|