Het
Woord is er zo duidelijk
in. De eerste vrucht van de wedergeboorte is de liefde. Aan de vruchten
die de
boom geeft wordt de boom gekend. Wanneer er in het leven van een mens
deze
eerste vrucht van genade wordt gemist, welke boom vertegenwoordigt het
leven
dan? De liefde, als vrucht van genade, verbreidt een heerlijke reuk in
het
leven van Gods kinderen. Genade verbreekt het hardste hart. Zodat er op
Gods
tijd en op Zijn wijze altijd gezien wordt van deze vrucht van de
Heilige Geest.
De ware liefde is de liefde tot God. Met direct daaraan verbonden de
liefde tot
mensen. We moeten deze liefde dus niet verwarren met de eigenliefde. De
liefde
waarin het eigen ik centraal staat. Waarin het in het leven om alleen
jezelf
gaat. De liefde die de Heere door Zijn Geest mensen leert doet vragen:
Heere
wat wilt Gij dat ik door en met die liefde doen zal. De Heere geeft dan
nooit
opdrachten waarin mensen worden gespaard. Of opdrachten om er beter van
te
worden. Er wordt daarentegen altijd zelfverloochening gevraagd in het
leven van
Gods kinderen. En, heel wonderlijk, van dat geven worden mensen toch
nooit
minder. Geven zodat die ander er beter van wordt. Wat is heerlijker te
zien of
op te merken. Het is immers in het leven van Gods kinderen zaliger te
geven dan
te ontvangen. Er
is in het leven een
schijnbare vrucht van genade. Ook daarin speelt de liefde een rol. Het
is de
eigenliefde die hierboven werd genoemd. Er wordt gegeven om in eer en
aanzien
bij mensen te komen. Om geprezen een geroemd door het leven te gaan.
Wanneer
die niet direct gebeurt, men zal dan de eigen eer zoeken. Overal
vertellen hoe
goed men is. Welke goede werken men heeft verricht. Maar het is naar
het Woord
dat de linkerhand niet weet wat de rechter doet. Daarentegen geldt dat de Heere, Die ziet wat in
het verborgen wordt gedaan,
het in het openbaar zal vergelden Hij ziet namelijk niet naar de goede
werken
op zich. Hij ziet het hart aan. Hij zal Zijn Woord ook in deze
waarmaken. Het
kan heel lang duren, maar de Heere vergeet niet wat Hij heeft beloofd
of
toegezegd. Ook al kijken Gods kinderen er niet naar uit. Rekenen ze er
niet op.
Soms geheel onverwachts mogen ze keer op keer opmerken hoe de Heere in
het
leven de eerste en de hoogste plaats vervult. Want, staat er in het
Woord, want
Ik zorg voor u. Geen berg zal te hoog zijn, geen zee te diep voor
diegenen die
mogen weten te leven van genade. De genade die als liefde wordt
ervaren. De
liefde die tot wederliefde noopt. De wederliefde, die de eerste plaats
in het
leven van de vruchten van genade heeft. Liefde
leert
onvoorwaardelijk geven. Liefde kent geen wrok of wrevel. Liefde ziet
waar
liefde nodig is. En de Heere brengt met de geschonken liefde altijd
daar waar
Hij Zijn kinderen met die liefde kan gebruiken. |
|