En
stel uw oogmerk in den
dag. Het
moeilijkst in het leven
van Gods kinderen is te wachten tot de Heere spreekt. Velen wachten tot
er een
woord met kracht bij hen komt. Zeker kan dit gebeuren. Maar de Heere is
veel
groter. Veel rijker. Veel ruimer. Het is niet zo dat Hij slechts eens
per vijf
jaar een woordje op deze wijze spreekt. De Heere volgt Zijn kinderen
van dag
tot dag. Van uur tot uur. Ja van minuut tot minuut. Van seconde tot
seconde. Wanneer
mensen mogen leven van de genade in de Heere Jezus Christus, zij zien
uit naar
het dagelijks te worden begenadigd. Dan zal de Heere Zijn kinderen ook
niet
onnodig lang laten wachten. Hij leert hen Zijn stem
verstaan. Die stem merken ze op in het leven
van alle dag. Alles wat in de dag tot hen komt mogen ze zien als het
spreken
van de Heere. Bij dat alles vragen ze wat de Heere hen wil leren of
heeft te zeggen. Adam
en Eva kenden de Heere
aan de wind des daags. Dat is voor Gods kinderen ook zo. Ze zien Hem in
het
weer wat dagelijks verschilt. Ze horen Zijn stem in de wind. In de
regen. Maar
ook in het zonlicht wat schijnt. Ze merken Zijn stem op in de
ontmoetingen met
mensen. In de telefoontjes of de mailtjes die tot hen komen. De bloem
die niet
wil bloeien. De auto die het juist op dat moment niet doet. Gods
kinderen weten
dat ze door Gods Geest worden geleid. En zo gebeurt geen ding bij
geval. Maar
heeft de Heere bij alles hen wat te zeggen. Gods kinderen leren om al
datgene
op te merken. Elk ding wil hen in de weg van de heiligmaking van het
leven wat
leren. Zuchten. Zorgen. Bidden en danken. Ja, kortom, het leven van
alle dag
brengt Gods kinderen steeds dichter aan Zijn genadetroon. De vragen die
het
alles bij hen oproept geeft hen een aanhankelijk leven om een antwoord.
En
daarbij moeten ze leren dat veel pas na deze zal worden verstaan. Het
karakter van elk mensen
verschilt. Zo zal de één meer moeite hebben op te
merken. Hij is al te snel met
zijn oordeel en moet hier tegen leren vechten. Een ander is afhankelijk
van
aard en steunt op de uitleg van mensen. Met al Gods kinderen heeft Hij
Zijn
wijze bedoeling. En als de Pottenbakker kneedt Hij net zo lang tot Zijn
kinderen dat beeld vertonen wat ze in het Paradijs zijn kwijtgeraakt.
Zo zullen
ze hier in beginsel toch weer leren de stem van de Heere op te merken.
Ja
uiteindelijk worden ze geleerd bij alles te vragen: wat heeft de Heere
me hierbij
te zeggen. De
Heere laat het een
tijdlang toe wanneer mensen eigen wegen gaan. Hij ziet uit de hoge
hemel hoe ze
naar het goeddunken van hun eigen hart wandelen. Dan komt het verschil
openbaar
tussen zij die bij Hem horen en wie niet. Al Gods kinderen worden in
dit leven
op Zijn tijd en wijze teruggebracht naar het punt waar het mis ging.
Hiervoor
gebruikt Hij middelen en wegen. Altijd gaat het in een weg van schuld.
Jona
moest er heel diep door. Hij kwam in de zee terecht. David, de koning
van Israël
werd door de profeet Nathan terechtgewezen. Het is genade wanneer
mensen mogen
bukken en buigen. Het tegendeel is vaak praktijk. Men gaat door op
eigen
gekozen wegen en probeert met allerlei argumenten eigen gedrag goed te
praten. |
|