Spreken
over de Heere Jezus. Het
wordt veel gedaan.
Spreken over de Heere Jezus. Zingen over Hem uit volle borst. Er is
maar één
Die de harten van mensen kent. Want spreken over de Heere Jezus is niet
altijd
leven uit Hem. Wij behoeven niet de plaats van rechter in te nemen. Wij
behoeven
niet te oordelen over een ander. Maar we mogen elkaar wel aanscherpen.
En
onderwijzen. Natuurlijk
lijkt het erg
veilig om het over Hem als Verlosser te hebben. Want wat kan je dan nog
gebeuren. Er wordt gesproken van vrede. Vrede en geen gevaar. Maar is
dit
altijd zo? Laten we bij onszelf beginnen. Hoe hebben we Hem leren
kennen. En
hoe kennen we Hem voor onze ervaring. Wie is Hij voor ons in ons
dagelijks
leven. Waar leerden we Hem vandaag uit kennen. En hoe leren we Hem meer
en meer
kennen. Natuurlijk,
Hij wordt
beleden. Hij wordt erkend. Hij is de Zoon van God. Hij is de Heere.
Maar Wie is
Hij nu voor ons persoonlijk. Is er sprake van een levend geloof. Is er
sprake
van een groeien in de genade die we van Hem krijgen. Is het zo dat we
vandaag
weer wat geleerd hebben wat we gisteren niet wisten. Of hebben we
genoeg aan de
belijdenis die niet anders is dan een dode belijdenis zonder leven
erin. Een
belijdenis die we er voor houden dat deze zaligmakend is. Zodat we met
een
belijdenis, misschien een dode belijdenis, naar het Heilig Avondmaal
gaan. De
Heere Jezus is de meest
verborgen Persoon in het Goddelijk Wezen. Ook dat is iets waar niet
altijd mee
wordt ingestemd. Want de Heere Jezus hebben we beleden. Dus we kennen
Hem. Maar
kennen we Hem niet meer dan met een historisch geloof? Hebben we ons
dat wel
eens afgevraagd? Een historisch geloof onderscheidt zich van een waar
zaligmakend geloof. Een geloof waarin we dagelijks worden omgekeerd.
Omgekeerd
en omgekeerd. Uitgekleed als het ware. Er blijft van onszelf namelijk
niets
over. En hoe meer we dat in gaan leven, hoe groter het wonder van de
waarachtige bekering wordt. Hoe meer Christus de Heere voor ons gaat
schitteren. Want Hij was het Die ons heil bewerkte. We waren dood in de
zonde
en in de misdaden. We waren blind voor onze staat buiten Christus. We
dachten
een heel eind op weg te zijn. Maar we kenden de Heere helemaal niet. Het
zijn harde dingen om aan
te horen. Het zijn moeilijke dingen om te bekennen. Maar het is niet
anders dan
de waarheid. Dat leert ons de Heilige Geest meer en meer. De Heere
Jezus werd
eenmaal in doeken gewonden. Zeker was Hij geboren. Maar Maria wist niet
wat
haar allemaal nog te wachten stond. Ook de discipelen verstonden niets
van het
echte doel van de komst van hun Meester. Het waren lessen die ze later
leerden
verstaan. Zo
is het in het leven met
de Heere nu nog. Er kan een eerste bekering zijn. Een liefhebben van de
Heere.
Maar er moet nog zoveel geleerd worden. Daar moet Gods Heilige Geest
het hart
voor toebereiden. Daar moet Gods Heilige Geest mensen gewillig voor
maken. Want
het zijn geen leuke lessen om steeds maar weer bij jezelf te zien dat
het alles
tekort is. Wanneer
er echter de echte
liefde tot de Heere is, wanneer er dat echte verlangen is Hem te kennen
en meer
te leren kennen. Dan zal vroeg of laat de Heere Zich ook meer en meer
laten
zien. Hem doen zien in Zijn schoonheid. Zien in dat waarin Hij zo
begeerlijk
is. En alles aan Hem is immers begeerlijk. Hij is het Beeld van God. Ja
Hij is
God. En allen die Hem mogen kennen gaan meer en meer op Hem lijken.
Waarin gaan
ze dan op Hem lijken? Het eerste waaraan je die mensen kan herkennen is
de
liefde. De liefde waarover in 1 Cor 13 wordt gesproken. Al sprak ik
alle talen.
Maar als ik de liefde niet had……..ik was een
klinkend metaal. |
|