De Heere spreekt door Woord en Geest. Dan is het van belang dat je leert Zijn stem te verstaan. Dan is het nodig dat de Heilige Geest het hart opmerkzaam maakt. De oren doorboort. En met datgene wat je hoort komen dan de werkzaamheden. Want wat is het dat de Heere hiermee heeft te zeggen. |
|
![]() |
|
Stil
staan. En wachten. Op de weg die de Heere wijst. Niet denken dat je het
allemaal wel weet. En op die weg doorgaan. Nee, steeds opnieuw wachten
op datgene wat de Heere je te zeggen heeft. Dat vraagt stil staan. Tot
je Zijn stem hebt gehoord. |
|
![]() |
|
Godsdienst
is overal. Maar wat is nu de Waarheid. Het staat geschreven in Gods
Woord. Er is één God, bestaande uit drie Personen. Er zijn twee
wegen, naar het eeuwig wel of eeuwig weer. Dan vervolgens lezen
we over drie stukken, die ieder van Gods kinderen leert. De staat van
onze ellende van huis uit, de verlossing door het geloof in de Heere
Jezus en als laatste de dankbaarheid. Ja hoe kan je dankbaar zijn
wanneer je niet weet uit welke nood je door Gods verkiezing, Christus'
verlossing en het werk van de Heilige Geest bent verlost. |
|
![]() |
|
Het
leven met de dag is een ervaring. Niet vooruit kijken. Niet achteruit.
Maar vandaag doen wat je hand vindt om te doen. De dag afsluiten
met een stil moment is altijd nodig. Met de bede: 'Is er in mij een
schadelijke weg? Leid mij dan op de eeuwige!' |
|
![]() |
|
In
de regel zijn mensen er heel goed in alles uit te leggen zodat zij er
zelf schuldloos en foutloos uitkomen. Wanneer dat niet zo was ,
dan zouden ze zeker terugkomen op een eerder gemaakte dwaling.En hetgeen mis is gegaan niet zo laten. |
|
![]() |
|
Het
is heel herkenbaar! Wanneer je mensen naar de mond spreekt, ze willen
graag je vrienden zijn. Wanneer je echter hen wijst op datgene waarin
ze dwalen, dan blijkt dat die vriendschap niet zo diep zit. |
|
![]() |
|
Nee,
het is niet de bedoeling dat we worden geleefd. Dat we door anderen
worden overheerst. We horen van allerlei soorten van intimidaties. We
horen van wangedrag. Bijvoorbeeld in de sport. Soms denken we dat
het alleen de wereld is die daaraan meedoet. Het tegendeel is waar. Ook
in de kerk komt dwang voor. Ook daar is soms de liefde en de gunning
ver te zoeken. Ook daar is het niet onmogelijk dat men de ander
probeert de mond te snoeren.Hem of haar te dwingen tot gehoorzaamheid. In welk opzicht dan ook. |
|
![]() |
|
We
leven om te dienen. En dat vanuit de liefde. Niet om te heersen. Maar
ook niet om overheerst te worden. Op de plaats en de plaatsen waar de
Heere ons brengt en wil hebben. Niet even. Maar elke dag opnieuw. Dan
staan we in de vrijheid, waartoe de Heere ons heeft geroepen. Alleen
aan Hem zijn we dan ook verantwoording schuldig. En aan Zijn zegen is
alles gelegen. |
|
![]() |
|
Alsof
de ernst niet meer geldt. Ja, we zijn geboren om te leven tot eer van
God. Maar er geldt nog iets heel anders. Ook zijn we geboren om eenmaal
te sterven. En na het sterven het oordeel. Waar de boom dan valt, daar
ligt hij. Het Woord geeft een les: Strijd om in te gaan. Strijd de
goede strijd van het geloof. Grijpt naar het eeuwige leven. Tot hetwelk
gij geroepen zijt. |
|
![]() |
|
Soms
zijn het van die zogenaamde oude uitdrukkingen die je raken. Zo van:
welkom in de strijd. Of: zo genoten en zo toegesloten. Het lijkt wel
alsof er een heel andere godsdienst is in deze dagen. Waar het klinkt:
vrede, vrede en geen gevaar. |
|
![]() |
|
Tot
op het alleronverwachts het antwoord van de Heere daar is. Dan zijn we
verwonderd en dankbaar. Het is de Heere Die altijd weer krachten geeft.
In de weg van Zijn spreken. |
|
![]() |
|
De
belangrijkste les op Gods leerschool is om te leren wachten. Wachten
tot Hij spreekt en dan achter Hem aan de weg vervolgen. Nee, het is
niet zo dat in een tijd van wachten we nutteloos en ledig neer moeten
zitten. We bidden en smeken om Zijn hulp en bijstand en we zoeken in
het Woord naar wat Hij ons te zeggen heeft. |
|
![]() |
|
Het
antwoord is duidelijk. Een leven tot eer van Zijn Naam. Het houden van
de geboden van God. Het doen wat Hij van ons vraagt. En dat alles in de
weg van de liefde die in ons hart is gelegd. God lief te hebben boven
alles en onze naaste als onszef. |
|
![]() |
|
Mijn
zoon, Mijn dochter, geef Mij je hart. Dat is de vraag die God ons
stelt in Zijn Woord en door Zijn Geest. Wat is ons antwoord? En wat
houdt dat dan voor ons verdere leven in? |
|
![]() |
|
Gods
verborgen omgang vinden zielen waar Zijn vreze in woont. Zo was het en
zo zal het altijd blijven. Het is en blijft een eenzijdig Godswerk
wanneer geestelijk dode mensen tot leven worden gewekt. Mensen die van
nature naar God niet vragen worden door een wonder van genade naar Zijn
voornemen geroepen en onderwezen op Gods leerschool. |
|
![]() |
|
Hoe
verdrietig is het dat in kerken dikwijls zoveel aandacht gaat naar
dogma's. En naar hoe het toch volgens hun boekje moet gaan in het
geestelijk leven. Maar de Heere is geen God Die het moet. Hij is een
God Die het doet. Op Zijn tijd en wijze. Zij die zich houden aan hun
eigen tijd en wijze zijn menselijkerwijs in staat de kleintjes in de
genade als gras voor hun voeten weg te maaien. Maar het wonder van
genade is dat God Zijn weg ook met deze in hun prille geloof
beschadigde mensen verder gaat met het plan dat Hij Zich heeft gesteld.
|
|
![]() |
|
Wat
is de weg die de Heere wijst? Dat vraagt dagelijks om een stille tijd.
Het heeft oren nodig om te horen en een hart om op te merken. Het
vraagt om onderwijs vanuit Zijn Woord. En de leiding van Zijn Heilige
Geest om Zijn stem te verstaan. |
|
![]() |
|
Je
ziet en hoort het om je heen. Zelfs in het kerkelijk leven. Het moet
anders. Gezelliger. Leuker. Alsof de gemeente een buurtvereniging is.
Maar de ernst van het leven is: we moeten sterven en God ontmoeten.
Wordt dat vergeten? Of komt dat vanzelf goed? |
|
![]() |
|
Juist
in de tijd van Advent kan het uitzien er met verlangen zo zijn. Om
opnieuw iets te mogen horen over die grote liefde van God. Waar Hij
Zelf de weg baande zodat mensen weer tot genade zouden kunnen komen.
Hij kwam tot ons heel gewoon. In Zijn Zoon. De belofte vervuld. |
|
![]() |
|
Ken
Hem in al uw wegen en HIj zal uw paden recht maken. Een natuurlijk mens
weet wel hoe hij lopen moet. Wat hij doen moet en wat niet. Maar
wanneer de Heere door Woord en Geest mensen stil zet, blijkt dat er
slechts maar één Weg is. Dat is de weg van de liefde, zoals de Heere
Jezus het heeft geleerd. Ik voor u, omdat gij anders de eeuwige dood
zou sterven. |
|
![]() |
|
Godsdienstige
mensen denken dat ze geestelijk zijn. Niets is minder waar. We zijn in
de regel meer vleselijk. En wie zich zo niet leert kennen heeft nog
nooit iets van zichzelf gezien. In de heiligmaking kom je jezelf tegen.
Het is het werk van Gods Heilige Geest.Waar elk kind van God leert zeggen: Ik ellendig mens..... |
|
![]() |
|
De
tijd van wachten is de tijd waarin de Heere bekwaam maakt voor de taak
die wacht. Want dat die opdracht komt is zeker. Nooit gooit de Heere
Zijn genade weg. Zolang een mens leeft zal hij deze hebben te besteden
daar waar de Heere op Zijn tijd roept. |
|
![]() |
|
Wat
is Gods weg. Dat leer je in een tijd van vertrouwend wachten. Abraham
moest heel lang wachten op de vervulling van Gods belofte. HIj ging in
die tijd een eigen weg. Dat bracht niet anders dan verdriet en pijn.
Elk van Gods kinderen hebben hier een les uit te trekken. De les van
wachten. Maar ook van verwachten. En de Heere zal hen zeker Zijn wegen
bekend maken. Echter op Zijn tijd en op Zijn wijze. |
|
![]() |
|
Elke
dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad. Het heeft geen zin om te
proberen het verleden te veranderen. Het verleden is voorbij. Het heeft
geen zin daarin te blijven hangen. Het is ook van geen enkele waarde om
te denken hoe het morgen zal zijn. Morgen is voor ons verborgen. Daarom
leeft ieder christen bij de dag. Daar telt hij zijn zegeningen. Daar
heeft hij verdriet en pijn. Daar leeft hij mee met die ander. Kortom,
dat is de dag die de Heere heeft gegeven. |
|
![]() |
|
Een
leerling op Gods leerschool ontvangt dagelijks onderwijs. Door Woord en
Geest wordt hij gebracht op die school. Levenslang zal hij blijven op
die leerschool. Daar zal hij worden onderwezen in wie hij zelf is en
blijft. Wie de Heere is en blijft. Daar zal hij verwonderd staan over
de trouw van Hem. Tegenover de dagelijkse ontrouw van hemzelf. |
|
![]() |
|
Het
is niet minder dan de duivel die mensen in de engte probeert te
krijgen. Angst en twijfel en onrust probeert te zaaien. De boze weet
ook precies wie hij daarvoor uitkiest. Doch veel groter dan dat geweld
is de Heere God, Die op Zijn tijd en wijze Zijn almacht toont. De
golven van de zee tot bedaren brengt en Zijn beloftes helder en
duidelijk voor ogen stelt. |
|
![]() |
|
HIer
beneden is het niet. Pijn en verdriet en teleurstelling zijn altijd
weer ons deel. Natuurlijk kunnen we wijzen naar die ander die het ons
aandeed. Maar wie zijn we nu zelf. En wat kunnen wij nu zelf doen om
verandering aan te brengen in een situatie die uitzichtloos lijkt. Of,
anders, misschien moeten we proberen te berusten in de situatie.
Misschien voelen we dan minder pijn, minder verdriet en minder
teleurstelling. Misschien is het dan weer die deur die gesloten is,
terwijl een raam is opengegaan. |
|
![]() |
|
Er
is onderscheid. Ook in de prediking moet dat gehoord worden. Er
is leven en er is dood. Er is verkiezing en er is verwerping. Er
is een smalle en er is een brede weg. Er is een God van liefde. En er
is een God Die toornt. Er zijn mensen onbekeerd en er is een volk
van God. Er is een tijd van Gods bemoeienis met mensen. En er is een
tijd dat er een eind komt aan Zijn geduld. Er is zonde en er is genade.
Er is een leven met de Heere en er is een leven zonder Hem. Dan is de
grote vraag: aan welke kant sta ik. En ook dan zijn er maar twee
mogelijkheiden. Ik ben op weg naar het Hemels Jeruzalem. Waar de
hemelklokken zullen luiden als ik daar aankom. Waar ik Hem eeuwig zal
loven en prijzen om datgene wat Hij heeft gedaan. Of ik zal voor eeuwig
pijn en smart voelen in het helse vuur.Dan zal ik Hem vloeken. Het is echt van tweeën een. |
|
![]() |
|
We
moeten geloven. Dat is de boodschap van vandaag. En natuurlijk moeten
we geloven. Maar dat moeten we wel leren. En dat leren gaat niet in een
gemakkelijke weg. Mensen die vanuit het Paradijs geestelijk dood zijn,
hoe zouden we het kunnen. Daar is genade voor nodig. Ontdekt te
worden aan je geestelijke doodstaat. Zoeken naar een weg om te ontkomen
aan een eeuwig verderf. Wat terecht zal zijn, ziende op jezelf.Het
vlieden naar het kruis. Om daar met al je zonden ontkoming te zoeken en
te vinden van een straf die terecht zou zijn. |
|
![]() |
|
Wanneer
we ons eigen hart kennen, het is bedrieglijk. Ja, wie zal het kennen.
Daaom is en blijft het een wonder wanneer we de weg ten leven mogen
gaan en blijven gaan. Het zal een wonder zijn en blijven als we zalig
worden. Ten eerste is daar het wonder dat die zaligheid op mij gemunt
was. Zoveel gaan immers verloren. Ten tweede is het een wonder als we
de goede strijd van het geloof mogen leren strijden. Het is en blijft
dus een strijd tot het einde toe. Steeds maar weer te vragen: is er in
mij een schadelijke weg, leid mij op de eeuwige. Dat is ook tevens de
weg van de liefde tot God. Een vrucht van genade. Om te willen leven
tot eer van Hem. |
|
![]() |
|
Strijd
om in te gaan. Dat is de opdracht die we vanuit Gods Woord hebben
ontvangen. De goede strijd van het geloof te strijden. En
deze strijd zal nooit eerder voorbij zijn dan wanneer we onze ogen
voorgoed sluiten. Steeds opnieuw is het een vragen of er in ons een
schadelijke weg wordt gevonden. De bede ons op de eeuwige weg te
leiden. |
|
![]() |
|
Welkom
in de strijd. Dat waren de woorden die nooit achterhaald zullen worden.
Het leven met de Heere wordt getekend door strijd. Strijd tegen de
wereld. Strijd tegen de duivel. En Strijd tegen het eigen boze hart. |
|
![]() |
|
Wat
is beter : met scherpe woorden zeggen hoe het in werkelijkheid is met
mensen die naar Gods gebden niet leven. Of moeten we kussentjes onder
de oksels naaien en zeggen dat het allemaal wel meevalt?Want ja, we zijn toch het volk van het verbond. |
|
![]() |
|
Liefde
is iets geheel anders dan macht. Mensen leiden is iets geheel anders
dan mensen dwingen. Je zin doordrijven is iets geheel anders dan het
zoeken om tot elkaar te komen. Zo is altijd opnieuw het gesprek van het
allergrootste belang. Om in deze te proberen om naar elkaar te
luisteren en niet zonder dat te denken dat alleen jij weet hoe het is
en moet. |
|
![]() |
|
Maar
het is geen: vrede, vrede en geen gevaar. Het is de loopbaan gaan zoals
in het Woord wordt geleerd. De weg van strijd en zorgen. En alleen zij
die het volhouden zullen de overwinning behalen. Daarom is het ook van
het allergrootste belang dat predikanten hun roeping juist verstaan.
Zij zijn leraar. Maar bovenal herder van de gemeente die hen is
toevertrouwd. Zij zullen met de kerkenraad de gemeente moeten weiden.
Vol liefde hen de weg wijzen in dit leven. |
|
![]() |
|
De
ene preek spreekt meer dan de ander. Dat is ook heel persoonlijk. Het
kan jou treffen terwijl de ander er helemaal niets aan vond. Maar houd
in gedachtenis dat Jezus Christus is opgestaan uit de dood! Hij heeft
de dood overwonnen. En zo leeft HIj in eeuwigheid. Allen die Zijn
verschijning hebben liefgekregen tot nut. Hij zal ze nimmer om doen
komen. In geen tijd en in geen eeuwigheid. |
|
![]() |
|
Wanneer
je de ander niet accepteert zoals hij of zij is, dan ontstaat een
probleem. Je gaat je ergeren aan het gedrag van die ander. Je denkt
vooral, bewust of onbewust, dat jij beter bent. Het kan ook anders
zijn: je bent jaloers, je voelt het gedrag van die ander als een
bedreiging voor je eigen doen en laten en je probeert hem of haar
naar beneden te halen. Te kwetsen of mogelijk dood te verklaren. Dan
overleef je zelf. Zo denk je.En heb jij de regie in eigen hand. Zonder
die mogelijke lastpost die je hebt ervaren. |
|
![]() |
|
Een
zuiver geweten, zorg dat je dat houdt. Al is iedereen tegen je. Al
proberen ze allen je in een verkeerde hoek te zetten, houd jij je oog
op God gericht. De uitkomst zal niet en nooit falen.Op Zijn tijd en
wijze zal de waarheid openbaar zijn. In dit leven, of hierna. |
|
![]() |
|
Groeien
in genade. En dat door het ontvangen van genade. Meer kennis aan
Christus. Meer leren van Zijn Namen, Deugden en Eigenschappen. Het is
waar elk kind van God verwonderd over is. Nooit te blijven die hij was.
Maar altijd weer in een weg van leren en afleren, in een weg van
hoogtes en dieptes, geoefend te worden in het allerheiligst
geloof. |
|
![]() |
|
Het
licht is bang voor het donker. Zo is de ervaring in het geestelijk
leven. Wie weet van het licht van het geloof kwijnt weg in het donker
van twijfel en aanvechtingen. Maar zal niet eerder rusten dan wanneer
het geloof weer in beoefening is. |
|
![]() |
|
Bekeren
is een louteringsproces. Dat geldt allen die door de Heere op de weg
ten leven zijn gebracht. Het geldt ook een geheel leven. Het
gaat in een weg van leren en afleren. Het kan wel steeds gezegd worden.
Maar om het nu in de praktijk van het leven te ervaren! In de regel
gaat het als volgt: je wordt gebracht in de diepte. In de zorgen. In de
moeite en in het verdriet. Het brengt je dan bij de Heere. En Hij
leidt hieruit en geeft dan weer licht.Dan is het echter nooit
meer zoals het was. Maar dan heeft opnieuw een stukje loutering
plaatsgevonden. |
|
![]() |
|
Het
geloof moet worden versterkt. Het moet groeien. En in dat groeien
veranderen mensen. Er is meer en meer besef van eigen tekorten. Van
eigen schuld. Het brengt ook altijd eerst in de diepte alvorens er
licht komt over de weg die verder moet worden gegaan. De Heere wil het
verstand verlichten. Inzichten schenken. Dat maakt geen betweterige
mensen. Maar het leert wel spreken met gezag. |
|
![]() |
|
Leren vraagt tijd. Leren vraagt rust.
Leren moet je willen. En als je er geen zin in hebt, dan blijf je die
je bent. |
|
![]() |
|
Leren
en afleren. En dat op de school van de Heilige Geest. Niet denken dat
je het allemaal wel weet. Niet denken dat je uitgeleerd bent. Niet
denken dat het allemaal wel meevalt. Niet denken dat het allemaal aan
die ander ligt. Leren, leren en afleren. En dat in een weg van
ontdekking door de Heilige Geest. |
|
![]() |
|
Van
onszelf staan mensen niet stil. Ze hollen en draven door het leven en
weten het goed te vertellen. Tot de Heere hen tegenkomt. Hen stil zet.
Met de aloude woorden: Tot hiertoe en niet verder. Dan kunnen er twee
dingen gebeuren. We leven er overheen of we geven gehoor aan Zijn
roepstem. Luisteren naar wat Hij te zeggen heeft. Niet eerder wanneer
we het begrepen hebben zal de weg weer openliggen. En mogen we de weg
gaan die ons nu is gewezen. Soms is dat een stapje terug. Soms mogen we
de weg vervolgen. Of wordt een geheel andere kant ons gewezen. |
|
![]() |
|
Nooit
is de mens uitgeleerd. Zolang hij op deze aarde is zal hij leren en
afleren. Dat is met een mens in Christus niet anders. Een ieder komt
erachter dat hij nooit zal zijn wie hij behoort te zijn. Dat geeft
dan de verwondering. Dat de Heere om wil zien naar mensen. Die zijn
zoals u en ik. Mensen die steeds opnieuw zonde doen. Om de eenvoudige
reden dat ze zonde zijn. Met die kennis vervalt elke vorm van hoogmoed.
En wordt geleerd dat enkel ootmoed past. Bukken en buigen voor God. Die
Zijn Zoon naar de aarde liet gaan. Om gevallen Adamskinderen op te
kunnen rapen. Hen te leren geloven door Woord en Geest. Maar ze dan
door Zijn Geest ook leert wat het betekent als Hij zegt: Weest heilig,
want Ik ben heilig. Dat geeft een nauwgezet leven. Waar alles niet meer
kan. |
|
![]() |
|
Een
mens zijn in Christus. Dat is wat God van mensen vraagt. Eens
komt, als het goed is, de wens om te zijn als Jezus, zo nederig
en zo goed. Zijn woorden waren vriendelijk, zijn stem was altijd
zoet.Maar altijd weer komen we erachter dat we dat niet zijn. Ons hart
is vol van kwaad. Er is dan maar Eén Die ons kan en wil helpen.
De Heere Jezus
Zelf, door Zijn Woord en Geest. Een leven lang. Zodat we eenmaal Hem
mogen zien en dan volmaakt zijn zoals Hij. |
|
![]() |
|
Toch
kan het heel moeilijk zijn je grenzen en de grenzen aan te wijzen.
Vooral als je gewend bent het iedereen maar naar de zin te maken. Vaak
is het een knop omdraaien. En dan een geheel andere weg gaan. Een weg
die je wordt gewezen door Woord en Geest. Ook daar kan twijfel en
strijd bijkomen. Maar duidelijk zijn, nogmaals, geeft resepct. En
wanneer het niet wordt geaccepteerd, dan is de liefde nooit echt
geweest. |
|
![]() |
|
Soms
vraag ik me af of je nog grenzen mag stellen. Of moet je om de lieve
vrede wil alles maar goed vinden en gedogen? Respect gaat samen met
grenzen. Niet met het met alles en iedereen meegaan. Om uiteindelijk te
verliezen. |
|
![]() |
|
Ik
mag het toch zelf wel weten? Het is een uitspraak van een puber die een
eigen weg zoekt. Is het zo ook in de kerken die zich niet willen houden
aan uitspraken van een Generale Synode en een eigen weg blijven gaan?
Voelen ze zich beter? Hoger? Trekken ze zich niets meer aan van het
gezag? Welk voorbeeld geven ze? Hoe ga je met kinderen om die zich niet willen houden aan de regels die de ouders stellen? Het ouderlijk gezag is door de Heere gegeven. En de Heilige Wet des Heeren spoort aan je ouders lief te hebben en te eren. Te gehoorzamen. Ligt dit dan voor de gemeentes die handelen als de Christelijke Gereformeede Kerk in Zwolle anders? |
|
![]() |
|
Maar
waar is de nood. We kunnen wel spreken over verlossing. Over
uitreddingen. Maar waar zijn we dan van verlost. En waarvan zijn we
uitgered. Is het niet zo dat dit punt over wordt geslagen? We moeten
geloven. Maar wat moeten we geloven. En waarom moeten we geloven. Het
is juist de nood die ons uitdrijft om verlost te worden. Dan kom je dus
toch weer de drie stukken tegen die in de Heidelberger Catechismus ter
sprake komen. De ellende, de verlossing en dan de dankbaarheid. |
|
![]() |
|
Ja,
wie Hem aanroept in de nood, vindt Zijn gunst oneindig groot. Dan zegt
de versregel het duidelijk. Wie Hem aanroept in de nood. Het moet nood
worden. Je moet niet meer weten hoe het verder moet. En die nood mag en
kan je bij de Heere brengen. Hij hoort en verhoort altijd boven bidden
en denken.Niemand die Hem die nood bekend maakt komt beschaamd uit. |
|
![]() |
|
De
Heere is opgestaan. En toen Hij was opgestaan deed Hij direct wat Hij
ook voor Zijn sterven had laten zien. Hij liet zien hoe Hij ieder
persoonlijk kent. Hij gaf toen en geeft nu wat ieder nodig heeft.
Persoonlijk. Maria, Petrus, de Emmaüsgangers. De Heere begreep hun
twijfels en moeiten en liet Zich aan hen zien. Ieder in hun
omstandigheden. En zo is het nog. Op Zijn tijd en wijzemaakt Hij Zich
aan de Zijnen bekend. |
|
![]() |
|
Steeds
is het de vraag welke de weg is die de Heere van ons vraagt. Dat is het
leven met de Heere. Wat zijn we snel geneigd eigen wegen te gaan. De
dingen te doen die wij denken dat we moeten doen. Ons mee te laten
slepen in verkeerde wegen. Wegen die niet zijn naar het Woord van God.
Wat is het nodig om iedere zondag de Tien Geboden van de Heere te horen
lezen. Om er stil bij te staan. En onszelf af te vragen wat we er in de
week die achter ligt weer van terecht hebben gebracht. |
|
![]() |
|
De
Heere leert ons ook om te danken. Voor alles wat Hij onverdiend geeft.
Het is soms alles zo gewoon. Maar wanneer de Heere ons ogen geeft om te
zien, dan zijn er van de vroege morgen tot de late avond de zegeningen
uit Zijn Hand. We zijn soms zo geneigd de moeiten en het verdriet te
tellen. We zijn zelfs soms ontevreden over ons leven. Maar de Heere is
daar niet op uit. Hij vraagt ons om ons gehele leven in Zijn Hand te
leggen. En dan in het geloof te leven met en voor Hem. Wat hebben we
dan een geheel andere kijk op de dingen die de Heere op onze weg geeft.
Dan leert Hij ons ook om te danken in plaats van te klagen. |
|
![]() |
|
De Heere leert ons in Zijn Woord niet om
in angst te leven. Hij vraagt ons Hem te volgen. Van dag tot dag. Onze
ogen tot Hem op te heffen en ons gehele leven in Zijn handen te leggen.
Zo de rust te vinden die alleen in het volgen van Hem wordt geschonken.
Ook in de meest moelijke omstandigeheden en de zwaarste tijden. |
|
![]() |
|
Is het niet de les die we moeten trekken
in deze tijden van oorlog in Oekraïne: het leven met de dag.
Iedere
dag opnieuw beginnen met gebed. Met de dank dat we weer mochten
ontwaken in vrede. Is het niet zo dat we aan het einde van de dag
opnieuw een danklied op zullen heffen voor alle zegeningen die we
onverdiend mochten ontvangen. In tegenstelling tot zoveel anderen die
in een tijd van oorlog en geweld op de vlucht zijn. |
|
![]() |
|
Veel wordt gebeden. Voor Poetin en zijn
bekering. Het is goed. Maar wie zijn we dan zelf. Een ieder
persoonlijk. Corona
is geweest. Heeft het geleid tot verootmoediging en bekering? Of komt
de Heere met zwaardere straffen om ons opmerkzaam te maken op Zijn
stem? |
|
![]() |
|
God de Heere regeert. Hij staat boven
alles. Corona schijnt op de achtergrond te raken. Maar het volgende wee
is aangediend. Dat
alles opdat we ons zouden verootmoedigen. Bekeren tot de Heere.
Wederkeren tot Hem. Roept uit aan alle stranden. Het Evangeliewoord.
Wend u tot Hem en wordt behouden! |
|
![]() |
|
Vrees
niet, geloof alleenlijk. Dat is de opdracht en de bemoediging die de
Heere geeft aan allen die op Hem hopen. Allen die Hem aanroepen in de
nood. Juist in de meest moelijke omstandigheden. Hij is God, en
niemand meer. |
|
![]() |
|
Wandel
maar stillekens achter Hem aan. We zingen het gemakkelijk. Maar in de
praktijk moet het wel geleerd worden. Hoeveel dingen kunnen er niet op
af komen, om maar te gaan rennen....als het ware Hem in te halen en Hem te vertellen welke weg Hij moet gaan. |
|
![]() |
|
Haastige
spoed is zelden goed. Daarentegen is het wachten op de weg die de Heere
wijst een weg waarop je zegen kan en mag verwachten. Dat vraagt
stilheid en vertrouwen. Gods beloften falen niet. Hij zal zeker de weg
wijzen. Alleen wel op Zijn tijd en wijze. |
|
![]() |
|
Wie
goed doet, goed ontmoet. Dat is een gezegde. En er zit heel veel in.
Wanneer je uitziet naar contacten moet je die niet door je eigen doen
en laten in de weg staan. Wees vriendelijk, dan gaan er echt veel
deuren voor je open. |
|
![]() |
|
Het
is menselijk: we doen allen dingen die we niet hadden moeten doen. De
ene mens ziet het in het komt terug op een eerder genomen besluit of
handeling. Een ander gaat door tot het bittere eind. Al is het over de
rug van een ander of over lijken. |
|
![]() |
|
Wat
hoop je dat het doet met die ander met de wijze waarop jij hem of haar
behandelt. Je spreekt er kwaad over. Of zelfs misschien tegen. Je zet
die ander in een kwaad daglicht. Stel jezelf eens wat vragen. Wat wil
je ermee bereiken? Wat is uiteindelijk je doel? Waarom doe je dat? Komt
het soms voort uit je eigen frustratie? Denk je die zo weg te nemen?
Denk eens aan de wijze woorden uit de Spreuken. Je zult zien dat dat je
helpt. |
|
![]() |
|
Niemand
kan een ander veranderen. Het is praktijk dat er velen zijn die hiermee
hun tijd vullen. Energie steken in die ander en uiteindelijk zichzelf
voorbij lopen en vaak over eigen grenzen gaan. Natuurlijk is het goed
die ander te helpen en te ondersteunen waar je kan. Maar doe het nooit
uit oogpunt het gedrag van die ander daarmee te veranderen. Houd je
eigen grenzen goed in de gaten. En neem afstand voor het te laat is en
je zelf hulp nodig hebt. |
|
![]() |
|
Elke
nieuwe dag is het begin van de rest van je leven. Het is altijd goed om
daar bij stil te staan. Waar ben ik mee bezig en hoe ga ik verder.
Bovenal: wat is de wil van de Heere met mijn leven. Besteed ik mijn
leven tot eer van Hem.Of: ben ik uit op mijn eigen eer? |
|
![]() |
|
Mensen
die iets over een ander zeggen of denken blijven vaak veel te weinig
bij zichzelf. Wanneer je naar jezelf kijkt, dan heb je daar meest
genoeg aan. Om de vraag aan jezelf te stellen: wie ben ik. Maar ook:
wie was ik. En: wie behoor ik te zijn.Dan is er genoeg werk aan de
winkel in het jaar wat pas is begonnen. |
|
![]() |
|
De
weg gedenken die de Heere je heeft geleid. Wat is dat persoonlijk. En
wat kunnen andere mensen daar verschillende gedachten bij hebben.
Misschien jaloezie. Het je eenvoudig niet gunnen. Een weg die in hun
denkwereld zo niet mocht zijn. Misschien zelfs veel lelijke dingen
erover rondvertellen. Het is zaak om maar dicht bij die weg te blijven,
waarvan je heel zeker weet dat het de Heere Zelf was en is Die deze weg
voor jou heeft gekozen. |
|
![]() |
|
De
Heere geeft geen onmogelijkheiden. Wanneer we op Hem mogen vertrouwen
zal het niet gemakkeljkheid lijken, maar de uitkomst met de Heere is
altijd boven verwachting. Wie Hem namelijk aanroept in de nood, vindt
Zijn gunst oneindig groot. Tot verwondering van jezelf en de mensen om
je heen. |
|
![]() |
|
Soms
zijn er van die dingen waar je niet of nauwelijks meer over hoort. Maar
wat zijn nu de begrippen staat en stand in het geestelijke leven. Je
staat ligt vast. Dat is in of buiten Christus. Je stand kan van dag tot
dag verschillen. Door twijfel of omstandigheden. Door karakter of de
mate van het geloof. Eén ding is zeker: De Heere weet van geen
wankelen. En Zijn beloften zijn ja en amen. |
|
![]() |
|
De
Heere gaat met ieder Zijn eigen weg. Hij leidt Zijn kinderen allen tot
het doel wat Hij met het leven van elk van hen heeft. Er is een heel
leven nodig om tot dit doel te komen. Op Gods leerschool ben je echt
nooit uitgeleerd. Er kunnen momenten zijn dat je het zelf niet ziet.
Tijden dat je je afvraagt wat je nu daarvan moet leren. Van die moeiten
en van dat verdriet. Van die ziekte en van die zorg. De Heere leert om
deze vragen niet te stellen. Maar in het geloof achter Hem aan zullen
de antwoorden duidelijk worden. |
|
![]() |
|
iWanneer
heb je de Heere nodig? In de nood van je leven. Dat kan zijn wanneer je
in de moeilijkheden zit. Hij wil je helpen met Zijn algemene genade.
Anders is het wanneer je ontdekt bent aan je schuld. Wanneer je weet
niet voor God te kunnen bestaan. Dan heb je de zaligmakende genade
nodig. Door Gods Heilige Geest wordt het geloof geschonken in de
vergeving van zonden. Altijd weer hebben we dus te maken met een
drie-enig God. We kunnen voor God niet bestaan. We hebben genade nodig
door het bloed van de Heere Jezus. En het geloof in dit alles door de
werking van God de Heilige Geest.En dan, dan is God je Vader. En zorgt
Hij meer dan een aardse vader voor je zorgen kan. |
|
![]() |
|
Welk
is het verschil in mensen. Geen mens is gelijk. Maar wat is er ook een
verschil in uitleg van het Woord van de Heere. Welk een verschil in het
aanbod van de genade. Soms lijkt het alsof de drie stukken waaruit de
Heidelberger Catechismus bestaat niet meer nodig zijn om uitgebreid aan
de orde te laten komen. Het gaat immers om de Heere Jezus. Zeker, daar
gaat het ook om. Maar wanneer hebben we de Heere Jezus nodig. Wanneer
we door de Heilige Geest ontdekt worden aan onze verloren staat. We
zijn niet uit de Heere Jezus gevallen. We zijn uit God gevallen. Dan
moet er een wonder gebeuren. |
|
![]() |
|
Alles
invullen zo het ons past. Dat is een gegeven in het leven van velen.
Ook in het leven van de christenen. We weten dat we Gods schepping
hebben te bewaren. Maar doen we dat ook? We weten dat we voor ons
lichaam hebben te zorgen. Maar doen we dat ook? We weten dat we naar
onze naaste hebben om te zien. Maar doen we het ook? Ja bij alles wat
we doen, van de vroege morgen tot de late avond hebben we het ons af te
vragen: Wat zegt de Heere hiervan? |
|
![]() |
|
Leer
en leven. Het zijn twee dingen die onlosmakelijk aan elkaar zijn
verbonden. We kunnen het ook prachtig vertellen. Iedere zondag
aanhoren. De tien geboden of de tien woorden die God heeft gesproken.
Maar hoe is nu het leven wat we daarbij leiden. Getuigt het van datgene
wat Gods Woord ons leert? Of zijn we van mening dat we na ontvangen
genade zo vrij zijn dat we aan Zijn geboden geen boodschap meer hebben?
Het is een gegeven dat velen zo denken. God alles, maar de wereld ook. |
|
![]() |
|
Veel
teveel laten wij de mogelijkheid aan ons voorbijgaan om het evangelie
van genade mensen en kinderen te vertellen. Maar wat je hart heeft,
daarvan moet je mond toch wel overlopen? |
|
![]() |
|
God
is liefde bij alles wat in Christus is. Maar buiten Christus is Hij een
verterend Vuur. Nu en eenmaal na dit leven. Dan zal klinken: Ik heb u
nooit gekend. |
|
![]() |
|
Het
leven met de Heere is een leven van Woord en Gebed. Het is geen leven
van half de wereld en half het leven tot Gods eer. De Heere vraagt niet
weinig. Hij vraagt ons hele hart. Ja ons hele leven. Daarom zingen we
psalm 25:2. Heere, ai maak mij Uwe wegen door Uw Woord en Geest bekend.
|
|
![]() |
|
Ellende,
verlossing en dankbaarheid. Het zijn de drie stukken die we van kindsaf
hebben gehoord, wanneer we een preek uit de Heidelbergse Catechismus
hoorden. Misschien is het stuk van de dankbaarheid wel het moeilijkst.
Want daar moeten we in praktijk brengen wat de Heere van ons vraagt.
Geen eigen wegen gaan om opnieuw in de narigheid te komen. Maar achter
Hem aan, geleid door Woord en Geest, onze weg gaan. De weg van de
gehoorzaamheid.En die door de Geest worden geleid zijn kinderen van
God. |
|
![]() |
|
Een
smartend woord doet de toorn oprijzen. Daarom is spreken zilver, maar
zwijgen goud. De ervaring leert dat hetgeen in haat en nijd tot je
komt stopt. Er wordt immers niet bereikt wat de opzet van alle
boze woorden was. |
|
![]() |
|
Wat
kunnen we toch boos zijn op mensen die ons naar ons denken verkeerd
hebben behandeld. Maar wanneer we dan Gods Woord openen. En we worden
bepaald bij de balk die in ons eigen oog wordt gevonden. Ja als we daar
amen op leren zeggen, wat wordt alles dan ineens anders door het Woord
en door Gods Geest. |
|
![]() |
|
Veel
of weinig vrienden. Het hangt van zoveel dingen af. Toch is het Woord
duidelijk. Wees vriendelijk tegen allen. Kijk eens om je heen.
MIsschien heeft iemand het vandaag wel heel hard nodig. |
|
![]() |
|
Vertrouwen
is iets wat moet groeien. Daartoe moet het ook gevoed worden.
Vertrouwen kan ook beschaamd worden. Dan zijn de omstandigheden
daartoe. Uiteindelijk is psalm 146 duidelijk. Niet op prinsen hebben we
te vertrouwen. Niet op mensen. Maar op de Heere alleen. |
|
![]() |
|
Onderlinge
banden kunnen verstevigd worden. Maar ze kunnen ook breken. Dat gaat
meest niet in één keer. Het is meest steeds opnieuw proberen de draad
weer op te pakken. Nog eens proberen. En nog eens. UIteindelijk is het
een klein draadje. En dan is het genoeg. De breuk is volkomen en
slechts een wonder kan het nog helen. |
|
![]() |
|
Het
is genade wanneer je tevreden kan zijn met het kleine plekje wat jij
toebedeeld hebt gekregen. Het plekje waarop je toch zo goed kan zien
dat het de Heere is Die het je heeft gewezen. Ach,
wat ben je ongelukkig wanneer je zoekt naar groter en meer. Ja, wanneer
je zelfs vanuit jaloezie op een ander die tevredenheid niet kent. Wat
komen er dikwijs nare vruchten uit voort. Vruchten die niet zijn uit de
Geest. Maar uit je hart wat zo boos en verongelijkt is. |
|
![]() |
|
De Heere geeft ieder mens zijn of haar
plekje in het leven. En vanuit die ontvangen plaats wijst Hij helder
en duidelijk Zijn weg door Zijn Woord en door Zijn Geest. Het
kinderliedje zingt: Jezus zegt dat Hij hier van ons verwacht. Dat wij
zijn als kaarsjes, brandend in de nacht. En HIj wenst dat ieder tot
Zijn ere schijnt. Jij in jouw klein hoekje en ik in het mijn. |
|
![]() |
|
Is
het wel zo verstandig iemand altijd naar de mond te praten? Zeker, dan
houd je wel vrienden. Maar geef één keer je eigen mening. Dan is
duidelijk hoe sterk de vriendschap is! |
|
![]() |
|
Geen
mens is gelijk. Maar toch kan je altijd onderscheid maken. De één is
gunnend en liefdevol. Terwijl de ander zich openbaart als jaloers en
met zichzelf ingenomen. |
|
![]() |
|
Nooit
ga je voor niets naar de kerk. Elke zondag weer klinkt daar het
onderwijs wat nodig is. De ene keer tot bemoediging. Een andere keer
ter bestraffing. Zo raakt niemand uitgeleerd op de leerschool van
het Woord. De Heere weet wat iedereen nodig heeft. Gods Geest weet
harten te raken van jong en oud. En maakt dat het Woord daar komt waar
het voor is bestemd. |
|
![]() |
|
God
liefhebben boven alles. En onze naaste als onszelf. We horen het elke
zondagmorgen in de kerk voorlezen. Wat is het een moeilijk les om deze
woorden van de Heere in de praktijk te brengen. Hoe dikwijls kijken wij
naar datgene wat op onze weg wordt gebracht. Hetzij door de Heere,
hetzij door mensen. Hoe dikwijls zijn we hierover boos en opstandig.En
nemen wij hiervoor onze eigen maatregelen. Waarmee wij dan op onze
beurt de Heere, onze naaste of onszelf tekort doen. |
|
![]() |
|
Wreek
uzelf niet. Wat is dit een moeilijke les. Wanneer je ziet hoe anderen
met je denken om te kunnen gaan. Dan zou je wel dit of dat willen doen.
De Heere aanschouwt echter onze moeite en ons verdriet. Opdat we het in
Zijn hand leggen. |
|
![]() |
|
Christenen
nemen altijd zichzelf onder de loep. Ze hebben genoeg aan zichzelf.
Elke dag weer komen ze zichzelf tegen. In al die dingen waarmee ze voor
God niet kunnen bestaan. Ze zien het goede in de ander. Die achten ze meer dan ze zelf zijn. Zo komen ze erachter wat het betekent om alsmaar minder te worden. En niet zoals ze dachten op te klimmen naar omhoog. |
|
![]() |
|
Christenen
onderzoeken altijd zichzelf. Steeds opnieuw vragen ze zich af of ze wel
op de juiste weg zich bevinden. Zeker wanneer het Heilig Avondmaal
staat bediend te worden. Is er in hen geen schadelijke weg? Hebben ze
niet anderen beschadigd, zodat zij een hinderpaal voor hen zijn om aan
de Tafel te komen? |
|
![]() |
|
Christen
zijn en christelijk leven. Dat zijn twee dingen die bij elkaar
horen. Wanneer je jezelf schaart bij de christenen, bij de kinderen van
God, dan zal dit in het leven heel duidelijk moeten zijn. Een
christelijke levenswandel is iets waar je je wel eens in mag verdiepen.
Leg je leven ernaast. Dan weet je ook gelijk of je jezelf wel een
christen mag noemen. |
|
![]() |
|
Erkenning
en waardering. Het zijn twee woorden die veel mensen onbekend zijn.
Natuurlijk wordt gezien wat die ander doet. En mogelijk wat hij of zij
voor jou doet. Maar om nu de erkenning en de waardering uit te spreken.
Te laten blijken dat je het op prijs stelt en er dankbaar voor bent.
Het is velen eigen om te profiteren. Het fijn vinden beter te worden
van die ander. Maar dat is het dan ook. |
|
![]() |
|
De ander de les lezen. Hoe dikwijls zie je
het. En hoe vaak hoor of lees je het. Wat een nare eigenschap. De
ander te beoordelen naar jouw maatstaven. Of, erger, afgaan op wat je
hoort over die ander. En dat maar geloven en ermee aan de slag gaan.
Als mensen dan niet meer hebben in het leven dan zich druk te maken
over het doen en laten van zijn of haar naaste, dan is het dat toch wel
een arm leven. Laat het zo zijn: Ik wil jou van harte dienen en als
Christus voor je zijn. |
|
![]() |
|
Iedere
mens heeft gaven en talenten. IIn meer of mindere mate. Wat is het
bijzonder als je deze van jezelf mag zien en gebruiken. Wanneer je
alles in dienst mag stellen van anderen. In een weg die de Heere je
wijst. Wat is het daarentegen verdrietig als mensen jaloers zijn.
Wanneer ze die ander niet kunnen accepteren in datgene wat niet is
gestolen maar ontvangen. Ik zou zeggen: vraag je af waar jouw gaven en
talenten liggen. En vraag dan of de Heere je de weg wil wijzen om ze te
gebruiken tot Zijn eer. Wat is het bijzonder om elkaar te dienen met
datgene wat de Heere heeft gegeven. |
|
![]() |
|
Wat
heb je het moeilijk als je je druk maakt over het gedrag van de ander.
Wat een ergernissen kan het geven als je verwachtingen hebt die niet
werkelijkheid worden. Wat is het goed die ander te kunnen accepteren
zoals hij of zij is. En dat in een wederzijds contact. Dat heet liefde.
Elkaar dragen en verdragen. Omdat je mens bent zoals die ander ook mens
is. |
|
![]() |
|
Wat
is het een nare eigenschap als je niet en nooit iets verkeerd denkt te
hebben gedaan. Wat is het lastig als je altijd weer de schuld bij de
ander blijft zoeken. Het doen en laten van die ander oordeelt zonder
bij jezelf te rade te gaan. Het is waar: sommige mensen gaan over
lijken. Of nog erger: ze wensen die ander dood. Dan zijn ze ervan af. |
|
![]() |
|
Terugkomen
op gesproken woorden. Woorden of daden die anderen pijn deden of
kwetsten. Wat is het vaak moeilijk om die stap te zetten. Doch zonder
dat zal hetgeen ten onrechte gezegd of gedaan is altijd tussen
mensen blijven staan. En is een nieuw begin niet mogelijk. |
|
![]() |
|
Liefde
overwint alles. Ook dat is iets om jezelf in te onderzoeken.
Terugkijkend in de week die achter ligt. Wat heb ik gezegd en gezwegen.
Kwam het voort uit de liefde van het hart. Of was het enkel boosheid en
wrok wat de dingen uitte zoals je dat deed? En, de volgende vraag, wat
heeft het bewerkstelligd. Heeft het iets goeds gebracht? Of ben je met
al je doen en laten, woorden, gesproken of gezwegen, ver van je plek?
Is er vrede in je hart gekomen? Of juist niet. |
|
![]() |
|
Gehoor
geven aan dat wat op je weg is gekomen. Van belang is om je eerst af te
vragen van welke kant het komt. Is het de Heere Die je wat te zeggen
heeft? Of is daar de verleiding om een verkeerde weg te gaan. Een weg
waar je later veel spijt van zult krijgen. Doe je wat de Heere
niet van je vraagt. En zeg je bijvoorbeeld wat je eigenlijk zwijgen
moet? |
|
![]() |
|
Koop
de dagen uit. En alles in een leven tot eer van de Heere. Bezig zijn
met datgene wat Hij van je vraagt van de vroege morgen tot de late
avond. Al wat gij doet, doet het tot eer van God. Wanneer we ons dat
bewust zijn, wat valt er dan veel af wat van geen nut of waarde is. |
|
![]() |
|
We horen het hier een daar. De
sterfgevallen in familie- of kennissenkring. We
denken dat het daar wel zal blijven. Dat we zelf mogelijk allen wel
zullen overleven. Maar is dat wel zo? Is het niet je kop in het zand
steken zoals wordt gezegd? Het geldt een ieder. En ook onszelf. Eenmaal
zal het ook van ons worden gezegd. Hij of zij stierf. |
|
![]() |
|
Deuren
worden gesloten. Ramen staan open. Het is een gegeven. Een weg die
vastloopt. Een tijdlang kan je doorgaan, maar er komt een moment dat
het niet meer gaat. Er staat niet langer een komma, maar er staat een
punt. Of, liever gezegd: een uitroepteken. Het kan in verwarring
brengen. Doch in het geloof is het zeker dat de weg diie dan moet
worden gegaan vroeg of laat duidelijk wordt. |
|
![]() |
|
Zaak
is het om je niet met een ander te bemoeien. Het niet beter te weten
dan die ander. Laat ieder zijn en haar eigen leven leiden. En doe jij
dat ook. Heerlijk om te merken dat juist dat zulke mooie vriendschappen
oplevert. Juist dan kan je samen op weg gaan. Enkel en alleen omdat je
die ander accepteert en waardeert zoals hij of zij is.Bijzonder om
juist dan te merken hoeveel je voor elkaar kan betekenen. |
|
![]() |
|
Het is niet anders, soms is de enige optie
om afstand van elkaar te nemen en te houden. Karakters
passen niet altijd bij elkaar. Het is en blijft in een goede
vriendschap of andere relatie geven en nemen. Maar als dat niet kan,
dan houdt het een keer op. En is het beter elk een eigen weg te gaan.
Let wel: zonder ruzie. |
|
![]() |
|
Tel
je zegeningen. Eén voor één. En vergeet er geen. Al het goede wat je
uit de hand van de Heere mag ontvangen. Leg de dank daarvoor neer, waar
het hoort. En geniet zo van datgene wat je onverdiend en vaak ook nog
onverwacht van Hem ontvangt. |
|
![]() |
|
Geen
mens is volmaakt. Hoe dikwijls echter denken we van wel. Wat is dan
gemakkelijker om de schuld die je hebt bij een ander neer te leggen.En
het daar ook te laten. Ongeacht wat het met die ander doet. |
|
![]() |
|
Het
liefst willen wij hier altijd blijven. Dat is echter een wens die niet
uit zal komen. Het is elk mens gezet eenmaal te sterven. En daarna komt
het oordeel. Vroeg of laat geldt het iedereen. Dan zal rekenschap
moeten worden afgelegd van ons rentmeesterschap. De Heere zal vragen
wat we met onze talenten hebben gedaan. Hebben we ze tot eer van Hem
gebruikt? Was het de liefde tot hem en elkaar die ons de dingen liet
doen die we deden? Of waren we alleen uit op onze eigen eer. |
|
![]() |
|
De boze zit in je. Het is die oude mens.
En wie hier geen last van heeft weet
ook niet van strijd. Die weet ook niet van het voortdurend last hebben
van die oude mens. Die weet ook niet van het steeds opnieuw vragen om
vergeving van de zonden die ons toch echt altijd weer aankleven. Die
weet ook niet van schuld tegenover mensen om hen heen. Die weet niet
wat het is om de minste te zijn. Die laat met een gerust geweten die
ander in verdriet en pijn achter. Pijn die ze toch echt zelf hebben
aangericht. Die gaat alsmaar door op het pad waarvan men denkt dat het
de juiste weg met de Heere is. |
|
![]() |
|
De weg
gaan die de Heere je wijst. Het lijkt allemaal zo eenvoudig. Maar
wat kan er ook veel strijd bijkomen. Bij twijfel niet optrekken. Maar
als de Heere de weg wijst is er geen enkele twijfel. Twijfel is iets
anders dan strijd.Strijd is meest iets van jezelf. Het tegenwerken van
dat wat de Heere wil. Al of niet veroorzaakt door de boze. |
|
![]() |
|
De
Heere geeft mensen steeds weer een nieuwe kans. In Zijn liefde ontfermt
Hij Zich over hen. Zo dikwijls wordt gesproken over het willen zijn als
Jezus. Maar in de praktijk komt van het liefdesgebod en voorbeeld van
Hem zo dikwijls al helemaal niets terecht. |
|
![]() |
|
Wat
is het een bijzonder iets om samen op reis te zijn. Elkaar te mogen
zijn tot een hand en een voet. Met elkaar de weg te gaan door het
leven. De ander te dienen. Niet te overheersen. Niet te bekritiseren.
Maar enkel en alleen in een weg vanuit de liefde van het hart die ander
gunnend hoger en meer te achten dan je zelf bent. |
|
![]() |
|
Wat
kunnen we uren bezig zijn met praten en regelen. Wees maar eerlijk: we
weten wel hoe het zit. Hoe het moet. En hoe het zal gaan. Wat zijn we
ook goed om het voor een ander in te vullen. En uiteindelijk voor hen
te beslissen. We menen hen de weg te moeten en te kunnen
wijzen. Maar de Heere is een God Die Zich niet laat voorrekenen.
Door niemand. Hij is Zelf de Weg. De Waarheid en het Leven. Hij is geen
God Die het moet. Hij is een God Die het doet. Op Zijn tijd en op Zijn
wijze. Daarom is het beter op Hem te vertrouwen. |
|
![]() |
|
Gods beloften zijn ja en amen. Ongeloof
van de kant van mensen gaat de Heere niet uit de weg. Wat Hij belooft
dat maakt HIj ook waar. Op Zijn tijd en wijze. Hem daarom ook alleen de
eer wanneer in verwondering wordt gezien: Hij sprak en het is er
.......nu! |
|
![]() |
|
Ho,
stop, sta eens even stil. Een kinderliedje wat van zo grote betekenis
is in de tijd die we meemaken. Denkend dat het allemaal wel goed gaat.
En dat het nooit meer anders wordt. Niets, niets kan je gebeuren. En
dan ineens zingen de kinderen: Ho, stop, sta eens even stil. Een tijd
van ziekte. Van Corona. Van maatregelen. Niet om op een andere manier
de weg al rennend te vervolgen. Nee, sta eens even stil. Denk eens even
na. |
|
![]() |
|
Liede
is de Bron van alle ding. Liefde leert één ding af: Hoogmoed. Liefde
denkt niet het beter te weten. Liefde staat niet boven anderen. Liefde
is: God liefhebben boven alles. En onze naaste, wie het ook is, als
onszelf. Liefde leert bukken en buigen. Schuld bekennen. Fouten toe te
geven. De ministe te zijn. Het welzijn van de ander op het oog te
hebben. En geen kwaad met kwaad te vergelden. En dit alles geldt elke
nieuwe dag en elk nieuw jaar. |
|
![]() |
|
Juist
in dagen als het moeilijk is, juist in tijden waarin je denkt alles te
missen, wat is het dan goed te weten dat het alles gaat om de liefde
van God die al of niet in je hart is uitgestort. In de wetenschap dat
de Heere regeert. Dat Hij ook, ja juist in moeilijke tijden er
wil zijn. Ja dat Hij het gemis wat je mogelijk voelt wil vervullen met
Zichzelf! Wat zijn moeilijke dagen dan gemakkelijk. En wat vervaagt dan
een gemis. |
|
![]() |
|
De
geboorte van de Heere Jezus was het grootste Wonder wat ooit is
geschied. Hoe bijzonder is het dan om elke dag vanuit dat grote Wonder
de grote en kleine wonderen in je leven op te merken! |
|
![]() |
|
Wat
is zelfkennis toch een onbekend iets voor velen. Het handelen en
wandelen zoals je denkt dat het wel goed is. Er niet bij nadenkend wat
de Heere van je vraagt. Geen rekening houdend met de mensen om je heen
dan alleen met hen die je dat waard vindt. |
|
![]() |
|
Steeds
opnieuw komen we erachter dat wij de Heere niet voor kunnen rekenen. De
mens wikt en God beschikt. We maken plannen. We denken dat het zus of
zo zal gaan. Maar de Heere in de hemel trekt Zich hier niets van aan.
Hijgaat door met Zijn plan. Met de voltooiing van Zijn beloftes. In het
algemeen. Maar ook in het leven van ieder persoonlijk. |
|
![]() |
|
Wanneer
het donker is, hoop juist dan op de Heere. Blijf vertrouwend naar Hem
uitzien. Want op Zijn tijd en wijze zal Hij zeker opnieuw Zich laten
zien. Je de weg wijzen die Hij wil dat jij gaat. De ene keer een stapje
vooruit. Een andere keer toch weer even terug. Of nog even blijven op
de plaats waar je bent. Maar door een weg, hoe zwart en hoe dicht,
voert Hij de Zijnen toch naar dat eeuwige Licht. |
|
![]() |
|
Doe elke dag je plicht. Ledigheid is des
duivels oorkussen. Stel niet uit tot morgen wat je heden kan doen. |
|
![]() |
|
Vertrouwend
op de Heere alleen. Hoe donker ooit Gods weg moge wezen. HIj ziet in
gunst op die Hem vrezen. Ja op hen die het van Hem alleen verwachten.
En naar Hem uitzien. Hij zal nooit beschaamd maken die op Hem
vertrouwen. Maar dan ook geheel en al.Waakt en bid. Opdat ge niet in
verzoeking raakt. De geest is wel gewillig maar het vlees zo zwak. |
|
![]() |
|
Wat zal een nietig mens mij doen. Mensen,
dikwijls aangedreven door hun wereld, de duivel, of hun boos en jaloers
hart. Wat
is het van het allergrootst belang om te leven vanuit het vertrouwen op
de Heere alleen. Hij Die alles ziet en weet. Hij die geen musje
vergeet. |
|
![]() |
|
Doen
en laten wat de Heere van je vraagt. Het bij de Heere neer te leggen en
het daar te laten. Dat is leven met en uit de Heere. Natuurlijk
zal de boze altijd proberen dat wat je doet of laat te bestrijden.
Proberen je bij de Heere vandaan te halen. Je in twijfel proberen te
brengen. Maar het geeft alleen een meer aanhankelijk leven. Het werkt
dus het averechtse uit. Om steeds meer te vertrouwen op Hem
alleen.Wetend: Hij zal nooit het werk van Zijn handen los laten. |
|
![]() |
|
Doorgaans
staan de beste stuurlui aan de wal. Mensen die het altijd beter weten
of kunnen. Maar gevaren op zee hebben ze zelf nog nooit. Zaak is
om te beseffen dat niemand volmaakt is. Dat een ander zijn of haar best
heeft gedaan of doet. Niet kijken naar de fouten die die ander maakt.
Maar die ander leren waarderen om wie hij of zij is. |
|
![]() |
|
Door
het Woord en door de Heilige Geest wil de Heere ons onderwijs geven.
Ons verder leiden op de weg die we gaan. Nooit raken we uitgeleerd. Het
behoort ons leven te zijn dat een dag zonder onderwijs van de Heere een
verloren dag is. |
|
![]() |
|
De
Heere geeft zoveel onderwijs in Zijn Woord. Wat is het erg als mensen
de toepassing ervan ver gezocht vinden. Doch waarom anders is ons het
Woord gegeven dan om ernaar te leven? Praktijk is dat velen eruit nemen
wat hen past. En over de rest moet je maar heenlezen. |
|
![]() |
|
Hoe
moeilijk is het om te gaan met mensen die menen alles altijd goed te
doen. Ze gaan door op de weg die ze gaan. Twijfelen nooit.Gaan, zoals
je het wel eens zegt, over lijken. Men zoekt de meeste van allen te
zijn. Eén ding is zeker: de Heere leert dit niet in Zijn Woord. Hij leert dat de minste de meeste is. |
|
![]() |
|
Wat
betekent het als je de vinger op de zere plek legt. Dan voelt iemand
zich aangesproken in datgene wat hij doet of laat. En dat kan pijn
doen. De één voelt zich aangepsproken en doet er iets mee. Een ander is
boos en geeft in een reactie hierop duidelijk te kennen
hier niet van gediend te zijn. |
|
![]() |
|
Gunning
en jaloezie. Het zijn twee geheel uiteenlopende reacties op het welzijn
van een ander. Het is heel goed hier eens over na te denken. Hoe
reageren wij wanneer we van de ander iets positiefs te horen krijgen.
Zijn we blij. Is er gunning. Zeggen we dit ook? Of kwetsen we die ander
met een nare opmerking? |
|
![]() |
|
Met
alle weldaden en zegeningen die de Heere geeft is het onze plicht in
Hem te eindigen. Hem te danken voor alles wat hij schenkt. Maar dan is
het ook wel belangrijk dat we zien dat de Heere de milde Gever is.
Staan we vaak niet veel te weinig stil bij datgene wat we uit genade
krijgen? |
|
![]() |
|
Wreekt
uzelf niet. Wat is dat gemakkelijk gezegd. Maar spreken is zilver en
zwijgen goud. Dat is zeker een les die we moeten leren. Ook in een weg
als mensen mensen je pijn of verdriet doen. Onze moeiten en zorgen zijn
de Heere bekend. En op Zijn tijd en wijze zal Hij Zich zeker in deze
laten zien. Mogelijk op een wijze die niemand had verwacht of gedacht. |
|
![]() |
|
Genade
leert ons niet hoe goed we zijn. Wat we allemaal wel doen en kunnen.
Het leert ons niet te pronken met onze veren. Het brengt ons steeds
opnieuw in de binnenkamer. Om ons daar te verwonderen over Wie de Heere
is en blijft voor een van nature slecht mens. Over Zijn trouw en
goedheid. Over Zijn beloftes en het waarmaken daarvan telkens weer. |
|
![]() |
|
Welk
een verschil met datgene wat je tegenwoordig hoort. Te kunnen leven.
Maar over het wonder van genade niets. Het lijkt soms zo automatisch te
gaan. We moeten het maar geloven. En dan is het wel goed. Maar ik lees
dat het kussentjes zijn die onder de oksels worden genaaid. Het
is niet anders dan vroeger. Er moet een wonder in het leven gebeuren.
We moeten stilgezet worden. Zien wie we zijn. Het moet een
onmogelijkheid worden om zalig te worden. Dat is het werk van Gods
Geest. Die leert wie we zijn. Niet eens, maar telkens weer. |
|
![]() |
|
Wel
te kunnen leven en niet te kunnen sterven. Dat is toch wel iets om over
na te denken. Hoe kan je nu leven terwijl je niet kunt sterven. Wanneer
je daar goed over na gaat denken is de lust om op deze wijze verder te
gaan je wel vergaan. Zoek eerst het Koninkrijk van God en de rest zal
je worden toegeworpen. |
|
![]() |
|
Tel
je zegeningen één voor één. En je ziet Gods liefde dan door alles heen! |
|
![]() |
|
Wat
kan een weg moeilijk zijn. En toch te mogen weten dat de Heere regeert.
Dat Hij zorgt en nooit laat varen wat Hij is begonnen. Wat is het dan
een wonder dat wij dit mogen weten. Zodat we niet in wanhoop behoeven
terneer te zitten wanneer wegen afgesloten worden. Zeker, we zijn
mensen. En van onszelf kiezen we andere wegen. Maar om nu ons lot in
handen van de Vader te leggen. Hij is niet uit op onze ondergang. Maar
in alles op ons behoud. |
|
![]() |
|
Wegen
die afgesloten worden. Het niet begrijpen maar niet anders te kunnen
doen dan te wachten. Uit te zien naar het moment waarop je het zeker
weet: Dit is de weg en die moet ik nu gaan. En dan is daar, misschien
toch soms plotseling, het moment. Een nieuwe weg die wordt
gewezen. Het kan soms zomaar ineens zover zijn. Ik dank dan wel eens
terug aan mijn vader. Wanneer hij stond in een gemeente. Wetend dat er
een moment van afscheid zou komen. Maar nog niet wist waar de weg heen
zou leiden. |
|
![]() |
|
Wanneer
een blinde een blinde leidt, ze vallen samen in de gracht. Het is
daarom ook heel dom en onverstandig, alhoewel wel gemakkelijk, je
blindelings toe te vertrouwen aan mensen. Maar je eigen weg te gaan met
altijd de bede: Heere, wat wilt GIJ dat ik doen zal. Gods weg is alitjd
de beste! |
|
![]() |
|
Wat is het anders wanneer de tijd van
Corona tot zegen wordt. Wanneer we Gods hand zien in ook deze tijd. De
Heere heeft immers geen lust tot plagen. En alle dingen zullen
meewerken ten goede degenen die naar Zijn voornemen zijn geroepen. Dus
ook deze Corona ten goede! |
|
![]() |
|
God
de Heere regeert. Als er één ding duidelijk is, dan is het dat. God de
Heere regeert. Om Zijn plan uit te voeren gebruikt Hij mensen. Zonder
dat zij het zelf weten zijn ze onderdeel van het Verlossingsplan van
Hem.Voor de één geldt; In het kruis zal ik eeuwig roemen. En geen mens
zal mij verdoemen. Terwijl een ander moet vrezen. |
|
![]() |
|
Boos
zijn is menselijk. Boos blijven is duivels. Wanneer we niet weten van
vergeving zouden we dan zelf ooit de vergeving hebben ervaren? De
Bijbel is hierover duidelijk. Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij
vergeven onze schuldenaren. Het lucht op en geeft blijdschap wanneer we
mogen en kunnen vergeven. Dit is echter een bijzondere genade. Waar de
duivel met zijn praktijken niet op uit was. |
|
![]() |
|
Antwoord de zot niet naar zijn dwaasheid.
Een les die we in het leven meermalen hebben te beoefenen. Immers
is een dwaas van nature niet te overreden. De verzoeking zal ook in
deze tot ons komen. Het dwaze te weerspreken. De zot te antwoorden.
Maar zolang stilstaan en overdenken, eenvoudig gezegd de zelfkennis,
ontbreken zal het dweilen zijn met de kraan open. |
|
![]() |
|
Alle
dingen zullen meewerken degenen die naar Zijn voornemen zijn
geroepen. Het zijn de dingen die we niet zomaar zien. Het zijn niet de
omstandigheden waar we zomaar amen op zeggen. Maar na deze zult ge het
verstaan. Dan is het altijd het gelovig wachten tot we het hier reeds
of opnieuw mogen zien. Zodat we weer mogen zeggen: ik dank U Heere dat
Gij mij verdrukt hebt, want nu vertroost Gij mij.
|
|
![]() |
|
Het
is van zo groot belang dat we het juiste onderwijs ontvangen. Niet elk
mens is gelijk. De één gelooft altijd, de ander zit altijd in de hoek
waar de zogenaamde klappen vallen. Juist pastoraat weet ook de laatsten
het goede aan te reiken. Zodat ze met hun ongeloof en twijfel niet door
mensen nog meer terneer worden geslagen. Maar weten dat de Heere in
Zijn Woord ook deze mensen onderwijs geeft. Immers: ik geloof Heere,
maar kom mijn ongelovigheid te hulp. |
|
![]() |
|
De
Heere leert ons in Zijn Woord om op te merken. Maar wij leren er bij
dat we van onszelf blind zijn en het niet zien wanneer de Heere
spreekt. Wanneer we Zijn stem niet horen kan zomaar een gevoel van
mismoedigheid je overvallen. Doch leer je door genade weer te zien,
gaan je ogen er weer voor open, mag je weer opmerken dat de Heere je
niet is vergeten, dan is alles licht. |
|
![]() |
|
Na
een tijd van zwijgen en luisteren naar datgene wat de Heere spreekt
komt altijd een tijd van spreken met vrijmoedigheid. De Heere
leert ons dat we op prinsen niet moeten vertrouwen en voor mensen niet
bang moeten zijn. We hebben alleen Zijn stem te gehoorzaam. In de weg
van zwijgen en luisteren leert Hij onsdatgene wat Hij nodig vindt. En
met datgene wijst HIj ons Zijn weg die we hierin hebben te gaan. In de
kracht van Hem. |
|
![]() |
|
Stil
zijn en wachten. Tot de Heere Zijn weg wijst. Dat is iets wat we moeten
leren. Er zal zoveel tegenin komen. Om ons te verleiden toch weer aan
het woord te zijn. Toch weer onze mening te zeggen. Maar zolang wij dat
doen zal de Heere zwijgen. Hij spreekt als wij uitgesproken zijn. |
|
![]() |
|
Het
is van zo groot belang als je mag weten geleid te worden door Gods
Geest. Niet te klagen, maar te dragen en te vragen om kracht. Te mogen
zien hoe de Heere zorgt. Hoe Hij elke dag weer spreekt ook in jouw
leven. Je de weg wijst van de vroege morgen tot de late avond. Dat
vraagt stil zijn voor Hem. Om Zijn wil en weg op te merken. Een weg
vaak van zelfverloochening. Wanneer we willen doen wat in ons hart
leeft. De dingen die met liefde niets te maken hebben. Doch wacht op
Hem, Zijn hulp zal blijken. |
|
![]() |
|
De
Heere is waarlijk opgestaan. Hij leeft. Wat is dat een groot wonder.
Hij leeft en vanuit de Hemel ziet Hij neer op deze aarde. Ook nu. In
deze moeilijke omstandigheden. Wanneer we dat voor ons eigen
persoonlijk leven mogen geloven, dan behoeven we niet angstig te zijn,
maar ons leven in Zijn hand weten. Dan weten we ook waar we met onze
zorgen heen kunnen. De omstandigheden zijn geheel anders dan enkele
weken geleden. Doch de Heere is en blijft Dezelfde. |
|
![]() |
|
God
de Heere regeert. Ook ten tijden van het Corona-virus. Ook nu wil HIj
de weg wijzen. We zijn zo gewend om maar door het leven te vliegen. En
we geloofden zeker dat de Heere ons die weg wees. De Heere wijst in
deze tijd een andere weg. Aan iedereen. Niemand die kan zeggen dat hij
of zij het niet geldt. Wat is het een rust te mogen geloven dat het de
Heere is Die ons deze tijd geeft. En wat is het dan mooi om te leren
wachten. Tot Hij duidelijk ook in deze een weg wijst aan een ieder die
dat van Hem verwacht. |
|
![]() |
|
Deze
tijd van Corona vraagt een heel andere invulling van het leven van alle
dag. Het is goed om daar bij stil te staan. Er over na te denken. Want
deze verandering zal niet van korte duur zijn. De Heere spreekt. Wat
heeft HIj u, jou en mij te zeggen. Welke weg vraagt Hij van ons in deze
tijd. Hij vraagt zeker niet van ons dat we moedeloos en rusteloos zijn.
HIj vraagt ook geen opstandigheid. Ook nu vraagt HIj ons de weg te gaan
die Hij wijst. Welke dat is vraagt bezinning. Heere wat wilt Gij dat ik
doen zal. |
|
![]() |
|
Het
is opmerkelijk hoe juist in deze tijden mensen weer tot zichzelf komen.
Dat de dingen die diep waren weggestopt nu naar boven komen. Immers, we
hadden er geen tijd voor. Het is opmerkelijk dat velen elkaar weer
vinden in het spreken over de Heere en Zijn trouwe zorg. Elkaar erop wijzen om rust en bescherming te zoeken bij Hem. Er is weer tijd om eens een goed boek te lezen. Een mooie preek op te zetten. De eerste week van bezinning ligt achter. De Heere zal net zo lang doorgaan Zijn roepstem te laten horen tot Hij ieder die Hij op het oog heeft voor Zich heeft gewonnen. |
|
![]() |
|
Geloven
en vertrouwen is niet zo gemakkelijk. Het is iets wat we van nature
zelf niet hebben. De Heere wil het ons leren. En gebruikt daar de
omstandigheden voor. Die zijn dan niet altijd even gemakkelijk. Ja,
soms lijken ze zo donker dat we ons af kunnen vragen hoe het toch
verder moet. Juist dan is het zo belangrijk op de Heere te vertrouwen.
En te geloven dat Hij het wel weet en alles in Zijn handen heeft. Zo is
bidden het belangrijkst. Doch naast het bidden werken! Want we hebben
zelf onze verantwoordelijkheid te nemen. En datgene op te volgen wat
ons door deskundigen wordt aangereikt. Nogmaals.......bid en werk. |
|
![]() |
|
Soms
kan je hart zo vol zijn van al het goede wat de Heere schenkt. Wat Hij
schenkt in het waarmaken van de beloftes die in Hem altijd ja en amen
zijn. Beloftes die Hij vervult op een wijze die je niet nooit had
kunnen bedenken. De hoop beschaamt niet, maar de Heere vervult Zijn
beloftes altijd nog boven bidden en denken.Dan kan het zo in je hart
leven: wat zal een nietig mens mij doen! Immers kan je benauwd zijn van
alle zijden. Je kan je zo buitengesloten
voelen. Eenzaam. Maar wanneer je mag ervaren en zien hoe de Heere
zorgt, dan valt daar alles bij in het niet. En kan je weer verder. |
|
![]() |
|
Het
karakter van mensen speelt een grote rol in het leven. De één is zich
al heel snel van schuld bewust. Al of niet terecht overigens. Een ander
zal niet en nooit toegeven een verkeerde weg te zijn ingeslagen. Of de
weg die is ingeslagen vergoeilijken en zo goedpraten. Het geweten van
mensen is ook een ding. De één heeft een nauwgezet geweten, terwijl een
ander over lijken gaat. Door deze dingen kunnen relaties voor altijd
gebroken zijn of worden. De één legt zich daar weer gemakkelijk bij
neer. Een ander lijdt ook hier onder. Ook dat heeft weer te maken met
het karakter. |
|
![]() |
|
De g |
De
grote vraag is altijd wie het je heeft aangedaan. Is het de Heere Die
je een andere kant wijst? Of zijn het mensen die je op de één of andere
manier pijn en verdriet doen. Heb je jezelf in dit gevoel van
verlatenheid gebracht? Kortom, een gevoel van mismoedigheid kan zomaar
één van deze redenen hebben. |
![]() |
|
Het
kan je ook zomaar overkomen. Een mismoedig gevoel. Verdriet omdat het
zo anders gaat dan je had gehoopt. Het zijn dan zomaar de golven die
beroering brengen. En wanneer je daarop ziet kan zelfs je geloof op de
schop gaan. Het vertrouwen wat je anders uitstraalt. Een vraag die bij
je oprijst: Ben ik het Heere? Of, anders, een schreeuw: Heere help. Ik
verga. |
|
![]() |
|
Het
is goed jezelf af te vragen wat je nu in de week die achter ligt hebt
geleerd. Welk onderwijs heb je gekregen van de Heere. Waar heeft Hij
Zich in jouw leven laten zien. Was het in Zijn bijzondere zorg op een
bepaald ogenblik. Was het toen Hij je bewaarde niet te spreken maar te
zwijgen? Was het toen Hij zorgen van je afnam? Nogmaals, het is goed om
er stil bij te staan. Je de vraag te stellen: Waar was U Heere? |
|
![]() |
|
Wees
niet al te wijs bij uzelve. Antwoord de zot niet naar zijn dwaasheid.
Het zijn zomaar twee spreuken. Doch wat zit er een waarheid in. Ook al
weet je het beter. Ook al heb je het gelijk aan je kant. Ga niet met
een zot in discussie. Je zal het nooit winnen namelijk. Scheid u van
hem of haar af. En ga, hoe eenzaam misschien ook, een andere weg. Al
gaan deuren dicht in deze. Ramen zullen altijd voor je opengaan. |
|
![]() |
|
Zwijgen
is beter dan spreken. Horen, zien en zwijgen. Een leerschool die niet
al te gemakkelijk is voor mensen die zichzelf graag laten horen en
zien. Die het niet kunnen laten het laatste woord te spreken. Met
daarin nog snel een woord bovenop datgene wat werd gehoord en gezien. |
|
![]() |
|
Wat
zijn we vaak ondankbaar, teleurgesteld en boos. Naar ons beste denken
ook in mensen. Hoe dikwijls zitten we vol wrok. Tegenover hen. Of is
het tegenover de Heere, Die ons deze mensen op onze weg geeft? Deed HIj
het verkeerd? We menen hen, denkend ten beste, uit ons leven te
verbannen. En denken er zelf een veel beter iets van te maken zonder
hen. Hoe troostvol is psalm 146. Waar de Heere juist neerziet op die
verlatenen en die verachten. En juist hen zegent met onuitsprekelijke
zegeningen. |
|
![]() |
|
De
Heere toont Zijn almacht. Als we het maar zien. Zijn bewarende en
beschermende hand over ons in de achterliggende week. Opmerken. Hoe
dikwijls ontbreekt het daaraan. We leven van de ene dag in de andere.
En staan zo vaak niet stil bij al het goede wat de Heere, vaak
ongevraagd, geeft. We zorgen liever voor onszelf dan dat we de Heere
voor ons laten zorgen. Doch voor die het van hem verwachten staat: Want
Hij zorgt voor u. |
|
![]() |
|
Leven met de dag is
vertrouwend de weg gaan die wordt gewezen. In de wetenschap dat het de
Heere is Die de weg wijst. Aan
het begin van een nieuw jaar is het goed daar stil bij te staan. Immers
maken we ons zo snel zorgen om iets wat mogelijk zou kunnen gebeuren.
Of zijn we nu al blij met iets wat in onze ogen zeker aan de orde zal
zijn. Maar bij alles geldt: zo de Heere wil en wij leven.De Heere
regeert en Hij zal ook in dit jaar Zijn almacht tonen. |
|
![]() |
|
Zo
is het altijd goed om eens afstand te nemen van de dagelijkse
bezigheden en drukte. Om te overdenken. Om rust te nemen. Samen te
zijn. Maar ook dan op te merken hoe de Heere de weg uitstippelt. Dingen
op je weg brengt. Die Hij denkt dat goed zijn. Wonderlijk dat de Heere
nooit vakantie neemt. Ook al gunt Hij het ons.Hoe belangrijk om ook in
tijden van vakantie op te merken. Afstand van alles maar de Heere
dichtbij. |
|
![]() |
|
Zorgen
voor jezelf is iets wat we niet moeten vergeten. God lief te hebben
boven alles. Je naaste liefhebben. Maar als jezelf. Dat betekent dus
dat we een grote verantwoordelijkheid dragen voor de zorg voor ons
lichaam. Wat eten we. Krijgen we genoeg rust. Wat zien onze ogen. Wat
horen onze ogen. Wat spreekt onze mond. Hoe denken we over een
ander. Ook in deze is het zaak rekening te houden met Gods Woord.
Hij heeft ons naar Zijn Beeld en Gelijkenis geschapen. Zo hebben we
onszelf rein te bewaren. In elk opzicht |
|
![]() |
|
Komt
verwondert u hier mensen. Opmerken hoe de Heere voor je zorgt is iets
wat hoort bij de dankbaarheid. Wanneer we Zijn goede Hand in ons leven
niet zien is het alles maar gewoon. Maar de Heere zorgt voor wie Hem
aanroept in de nood. Zij ondervinden Zijn gunst oneindig groot. |
|
![]() |
|
Het
Heilig Avondmaal is een gemeenschap met God en met elkaar. Let op: ook
met elkaar. Als leden van hetzelfde lichaam van Christus. Zeker, het
zijn allen zondaren die daar zitten aan de tafel van de Heere. Doch
wanneer we blijven leven in de zonde mogen we daar niet aanzitten.
Daarvoor is dan ook de week van voorbereiding. Om jezelf te
onderzoeken. Met de vraag of er een schadeijke weg is. Voor de één is
die er zonder nadenken niet. Voor de ander kan het een voortdurend
zuchten zijn. |
|
![]() |
|
De
liefde vergaat nimmermeer. Doch in de praktijk is het zo dikwijls
anders. Helaas. Liefde die overgaat in haat. Verdraagzaamheid in
onverdraagzaamheid. De vraag is wat voor liefde het dan is geweest.
Want als je meer houdt van de ander dan van jezelf dan zal de liefde
heel wat kunnen verdragen. Dan zal je zeker de ander trachten geen pijn
te doen. Dan stel je hem niet in een kwaad daglicht. En dan zal je
alles aanwenden om een breuk te voorkomen. Wanneer je echter meer van
jezelf houdt en niet wilt dat jij een keer omvalt met jezelf, dan kies
je voor een breuk en ga je zelf vrolijk verder. |
|
![]() |
|
En
alles draait om de liefde. De liefde, als eerste vrucht van Gods Helige
Geest. Liefde, die niet zichzelf zoekt. Maar de ander. Bewogen zijn met
de ander. Het is niet iets wat mensen van zichzelf hebben. Het
onvoorwaardelijk er zijn voor de ander. De ander iets gunnen. Niet die
ander iets afnemen om er zelf beter van te worden. Niet die ander
altijd maar bekritiseren. Maar die ander uit de liefde van het hart
iets aanreiken. Wat ook maar met één woord is te benoemen: Liefde!!!
Want liefde is de bron. |
|
![]() |
|
Mensen
hebben vaak niet in de gaten wat zij anderen aandoen of aangedaan
hebben. Dat is al een gegeven vanaf de beginne. Kaïn sloeg Abel dood.
En het kwam enkel voort uit jaloezie. Zo is het door de eeuwen heen tot
nog toe. Vanuit de jaloezie gaat veel kapot. Mensen die jaloers zijn
kunnen het niet zetten dat een ander in zijn of haar ogen meer heeft,
meer kan of meer in de belangstelling staat. Dan is er maar één
mogelijkheid: de ander schade berokkenen. |
|
![]() |
|
Bljzonder
is hoe verschillend mensen zijn. En dan doel ik over het denken over
jezelf. De één tobt altijd en heeft een groot
minderwaardigheidscomplex. Een ander heeft het bijzonder met zichzelf
getroffen en denkt het bijzonder goed te doen. De één trekt zich
gemakkelijk terug. Een ander vecht zich naar de hoogste plaats. Al is
het over de rug van een ander. |
|
![]() |
|
Blijdschap en
verdriet. Het is zomaar een tegenstelling in het leven. In het sociale
leven. Hoop en teleurstelling. Waar ieder van weet mee te spreken. De
ene keer word je
bemoedigd. En denk je je vrienden gevonden te hebben. Een andere keer
valt het weer zo tegen. Het alles getuigt van een gebroken wereld. Waar
mensen leven. Die niet meer de tijd nemen om eens terug te kijken. Maar
doorgaan op een weg die ze naar het goeddunken van hun eigen hart zijn
ingeslagen. Mensen die niet weten van schuld of om deze te beiljden.
Mensen die niet weten van vergeven en vergeten. Maar zien op zichzelf
en hoe goed het hen gaat. Wat ze niet zien is: ze
gaan over lijken en beschadigen niet zelden mensen voor het leven. |
|
![]() |
|
In
de toekomst kunnen we niet kijken. Het is een leerschool om het in het
geloof af te wachten. Om gelovig je weg van vandaag te gaan. En hoe
donker die weg ook mag wezen. Hij ziet in gunst op die Hem vrezen. |
|
![]() |
|
Ja,
opmerken is beter dan te offeren. De trouwe zorg en leiding van de
Heere Zelf. In de allerkleinste dingen van het dagelijks leven. Hem
niet te volgen om de wonderen. Maar de wonderen komen vanzelf.
Ongedacht. Onverwacht. En dan steeds te mogen zeggen: Hij zorgt voor
mij. |
|
![]() |
|
Soms
van die ontmoetingen die je niet zou kunnen verzinnen. Maar ze gebeuren
gewoon. Als bijzondere leiding in je leven. Waarom? En waartoe? |
|
![]() |
|
Als
blikken konden spreken. Soms kom je ze tegen. Je ziet ze kijken. Wat
zou er dan in hen omgaan. Zolang er geen gesprek onderling is en je hen
de vraag niet kan stellen zal je het nooit te weten komen. |
|
![]() |
|
Het
blijkt in het leven zo waar te zijn: als de Heere een deur sluit staat
een raam open. Wat kan je je zorgen maken over een mogelijk gat waar je
in zou kunnen vallen. Maar weest in geen ding bezorgd. Want Hij zorgt
voor u. |
|
![]() |
|
Kwaad
berokkenen. Om er zelf beter uit te komen. Het ligt zo voor de hand
jezelf te verdedigen. Maar tegen leugens en laster is niet te vechten.
Afstand nemen is het beste. Het alles in vertrouwen neerleggen in Gods
handen. Omdat het alleen daar veilig is. |
|
![]() |
|
Het
is bekend hoe mensen de ander onder de loep menen te moeten nemen.
Nagaan. Het doen en laten van die ander menen te moeten invullen. Die
ander waarvan ze zien, lezen of horen. Maar waarvan ze uiteindelijk
alleen maar kunnen denken. Maar, vreselijk, dat denken tot waarheid
maken.Verbreiden. En zo die ander kwaad berokkenen. |
|
![]() |
|
De
één staat wat sterker in de schoenen dan de ander. Maar zaak is om je
niet weer terug te laten trekken in de poel van ellende waaruit je bent
verlost. Door wie of wat dan ook. |
|
![]() |
|
Wat ben je onnoemelijk
rijk als je los kan laten. Wanneer je niet langer zit in de kring van
de spotters. Een
eigen weg mag gaan zonder pijn of verdriet van hen die niet weten wat
ze mensen aan doen. Die niet weten wat het is te bukken of te buigen
maar over lijken gaan.Om vooral die eerste plaats te hebben en te
houden. |
|
![]() |
|
Rijk
willen worden over de rug van een ander. Meer in achting willen zijn
dan die ander. Streven naar de plek van die ander. Omdat we die ander
niet kunnen accepteren zo hij of zij staat op de plaats die de Heere
hem of haar Zelf had gegeven. Het heet jaloezie. |
|
![]() |
|
Het
is duidelijk wanneer mensen bang zijn af te glijden. Bang zijn om met
'schuld' openbaar te komen. Natuurlijk is het voor niemand leuk om te
moeten bekennen fout te zitten. Doch het hoort bij de mens. Een mens is
nu eenmaal nooit volmaakt. Het allerbeste wat is gedaan zit nog vol met
schuld.Van mensen die niet kunnen omgaan met hun gebreken, laat ik het
zo dan noemen, zal je het nooit winnen. Ze hebben zich geoefend in het
behalen van de winst. |
|
![]() |
|
Het
doet pijn wanneer de vinger op de zere plek wordt gelegd. Er kunnen
tranen zijn van de pijn. Doch het kan ook zo zijn dat we de zweer niet
willen zien. De tekenen van die zweer niet willen voelen. Toch moet een
zweer uitgedruikt worden. Anders kan het vervelende gevolgen hebben.
Voor jezelf en voor anderen. |
|
![]() |
|
Met
een Jehu's ijver alles doen voor de Heere. Het is zomaar iets wat je
tegenkomt. Het is in eigen oog alles voor de Heere wat ter hand wordt
genomen. Doch hoe dikwijls is zelfzucht eraan verbonden. Daarbij het
ene doen voor de Heere, maar zich verder uit eigenbelang niet houden
aan Zijn geboden. |
|
![]() |
|
Mensenkennis.
Zelfkennis. Christuskennis. Hoe dicht ligt het allemaal bij elkaar.
Menend het ene te bezitten. En het alle drie te missen. Het klinkt
hard. En men wil er niet aan. Maar het is de waarheid. |
|
![]() |
|
Het
kan een zware les zijn wanneer je door Gods Geest steeds weer met
jezelf wordt geconfronteerd. En toch is het beter deze lessen te
krijgen dan dat we er geen weet van hebben. Zo heeft de Heere heeft
rijk en arm gegeven in het leven. Dan is het goed om niet met onze
rijkdom anderen de ogen uit te steken. Steeds weer te laten zien en te
laten merken wat wij allemaal kunnen. Beter is het om in het verborgen
en stil je weg te gaan. Dat is overigens altijd het beste. |
|
![]() |
|
En
elke dag zijn er de lessen op Gods leerschool. Als je ze maar ziet en
opmerkt. Meest is het zakken en zinken. Om erachter te komen dat het
weer alles te kort was. Schuld blijft over. Meer niet. Zo tobben Gods
kinderen verder. In tegenstelling tot zij die het allemaal wel weten en
geen onderwijs meer nodig hebben. Het verdrietige is dat daar vaak een
breuk ontstaat. En meest alleen door onbegrip. |
|
![]() |
|
Wat
is een mens, wat is in hem te prijzen. Wanneer we eens naar onszelf
kijken: wat is de mens. Wie is de mens. Wie ben ik. Er is niemand die
goed doet. Ook niet tot één toe. En toch zegt de Heere: wie Mij
aanroept in de nood, vindt Mijn gunst oneindig groot. |
|
![]() |
|
Opmerken,
opmerken en opmerken. Dat is een les voor elke dag. En in dat alles de
stem van de Heere te verstaan. Dat is nog mooier doel. Heere wat heeft
U me bij dit en bij dat te zeggen. Nooit gaat iets zonder gevoel in
deze. Een gevoel om te volgen. Ook al is de weg die dan moet worden
gegaan niet al te gemakkelijk. Maar met de Heere zal de uitkomst niet
verkeerd zijn. |
|
![]() |
|
En
dagen rijgen zich aaneen tot weken. Altijd zijn er dingen die je hoopt.
Of dingen die je verwacht. Die niet en nooit schijnen te komen. Ook van
deze dingen is het goed ze in het gebed de Heere voor te leggen. Hij
immers alleen weet wat goed voor ons is. Zo zal Hij ons zeker onthouden
wat we beter kunnen missen. Hoe pijnlijk ook. En hoeveel verdriet het
gemis ook kan geven. |
|
![]() |
|
Soms
zie je mensen die door het leven schijnen te vliegen. En het is hen
allemaal zo duidelijk. Dit is de weg en zo moeten we gaan. Anderen
hebben het mogelijk beter begrepen. Het is achteraankomen. En dat is
niet altijd even eenvoudig. Soms lijkt het immers alsof de Heere hen is
vergeten. |
|
![]() |
|
Er
is een liedje wat zingt: God wijst mij een weg. Het is zeker dat God de
weg wijst. Maar het belangrijkste wat we moeten leren is om achteraan
te komen. Niet voorop te gaan. En dan is het wel eens wachten tot de
weg verder gaat. |
|
![]() |
|
God
lief te hebben boven alles en onze naaste als onszelf. Het is vaak een
gegeven dat als we van iemand beter worden we er nog wel voor gaan.
Wanneer we energie in een contact moeten steken is het ons echter snel
te veel. Zonder overleg bepalen we dan wel voor onszelf wat het beste
is. Het moet immers van een leien dakje gaan. Vooruit. En zeker niet
een stapje terug. |
|
![]() |
|
Een
nieuw jaar. Met alle goede voornemens. Doch het belangrijkst is de
samenvatting van de wet des Heeren. Om God lief te hebben boven alles
en onze naaste als onszelf. |
|
![]() |
|
Vrede op aarde. Vrede met alle mensen.
Vrede ......... Hoe anders is het echter meest. Als
Christenen het Kerstfeest vieren.
Met een hart vol boosheid en wrok. Zingend het Ere zijn God uit volle
borst. Maar er is geen plaats voor de Vredevorst.
|
|
![]() |
|
Maak
de heuvels glad. Dat is een bevel aan Christenen. We kunnen blijven
wachten. Maar om nu eens de eerste stap te zetten. Vaak weerhoudt het
ons. Want we weten immers niet of het zal bereiken wat onze wens en
verlangen is. Doch niet geschoten is altijd mis. Volg je hart. En ga op
pad! |
|
![]() |
|
We
maken ons druk om datgene wat mensen is en wordt aangedaan. Doch waar
we zelf mensen treffen met onze woorden weten we niet. We hebben er een
behagen in het kwaad van de ander te vertellen. Niet eens wetend of dat
wat we vertellen wel de waarheid is. Heb je wel gehoord dat.......zo
gaat het van mond tot mond. En wie uiteindelijk het verzonnen heeft
weet niemand. |
|
![]() |
|
Aanhalen
en afstoten. Iets wat je nooit moet doen. Mensen naar je toetrekken,
maar als het erop aankomt heb je ze niet nodig. En krijgen ze de kous
op de kop: nu even niet. Natuurlijk zijn er die van nature zich het
niet aantrekken. Zich omdraaien en verder gaan. Maar er zijn ook
anderen. Die met pijn in hun hart en tranen in hun ogen hun weg
vervolgen. En het vertrouwen in de mensen langzaam maar zeker
verliezen. |
|
![]() |
|
Opmerken
is iets wat we van nature niet doen. We zijn er blind voor en leven ons
leven van elke dag zonder na te denken over een mogelijke leiding van
de Heere daarin. We zijn niet stil voor Hem en vragen niet wat HIj ons
te zeggen heeft. Ook na ontvangen genade gaat vaak nog zoveel dikwijls
op deze wijze aan ons voorbij. Het is zaak om elke avond jezelf af te
vragen wat Zijn stem was in de dag die achter ligt. |
|
![]() |
|
De
Heere Zelf gaf in Zijn leven aan hoe HIj omging met mensen. Hetgeen
niets was en door niemand werd geacht, mensen waar geen enkele hoop
voor was, die zocht Hij op. Niet om na verloop van tijd weer los te
laten. Nee Hij maakt altijd af wat Zijn hand is begonnen. Paulus was
niet gewenst bij mensen nadat de Heere Hem had stilgezet. Maar de Heere
legde de liefde voor Paulus in het hart van die mensen die Hij nodig
had om Paulus tot een uitverkoren vat te maken. Zo worden ook deze
woorden waar: Ik doe het niet om uwentwil, dat zij u bekend. Maar
alleen om Mijns heiligen Naams wil. |
|
![]() |
|
Hoogmoed
komt voor de val. Het is een uitdrukking die we ter harte moeten nemen.
Denkend iets te zijn. Denkend onmisbaar te zijn. Denkend dat alles om
jou draait. Dat alleen jij gelijk hebt.Dat iedereen blij met je is. Op
je zit te wachten. Niet zonder je kan. En in het geestelijk leven
is het nog erger. Menend dat de Heere met jou een bijzondere weg gaat.
Een weg waar niemand ook maar iets van begrijpt Iedereen kan zich
vergissen. Behalve jij. Want jij weet alles zeker. |
|
![]() |
|
Vaak
zijn we druk met dat wat mensen ons hebben aangedaan. Zien we om het
minste of geringste af van contact met deze of gene. Maar wie zijn we
zelf. Het zijn maar enkele woorden. Maar, nogmaals, wie zijn we zelf.
Genoeg woorden om in de tijd die voor ligt over na te denken. |
|
![]() |
|
Kijk
eens om je heen. Zie die ander. Niet die ander die je denkt dat hij of
zij is. Wat is een mens van nature. Een mens die zelf wel bepaalt met
wie contact wordt onderhouden. Met de liefste? De gemakkelijkste? Maar
ach, een mens ziet aan wat voor ogen is. En vergeet die hunkert naar
een klein beetje liefde of aandacht. Een schouderklopje op zijn tijd. |
|
![]() |
|
De
liefde overwint. Maar niet in een weg van opdringen. Het blijft
afwachten. Om uiteindelijk liefde te geven als er plaats voor is. Het
is niet mensen het naar de zin maken. Het is mensen helpen. Maar niet
met hen meegaan in wegen die niet zijn naar het Woord van de Heere. Om
maar goede maatjes met de ander te zijn. Integendeel. Rustig en
standvastig zijn. Met een hart vol liefde. Tot het moment gekomen is
die ander al je eerlijke liefde te geven. Liefde die voortkomt als
eerste vrucht van de Heilige Geest. |
|
![]() |
|
Wees
vriendelijk tegen alle mensen. Tja, en kijk dan eens om je heen.
Natuurlijk zijn ze er die vriendelijk zijn. Maar er zijn er ook
anderen. Dan denk je soms: wat is dat toch? Karakter? Het kan. Maar
naar het Woord is het niet. Wees vriendelijk tegen allen. Zo is het. |
|
![]() |
|
Het
is duidelijk wanneer de Heere een weg wijst. Er is geen vooreerst geen
twijfel mogelijk. Neemt niet weg dat de stormen vele kunnen zijn. Maar
de hoop beschaamt nooit. De Heere zal het altijd afmaken wanneer Hij
iets begint. En dat niet anders dan in een rechte weg. Twijfel,
moedeloosheid, zorg. Het zijn menselijke reacties op omstandigheden die
zich voordoen. Maar in een weg van schuld en berouw is er altijd weer
vergeving. En mag met het oog omhoog geslagen de weg worden vervolgd.
Waarvan de uitkomst niet en nooit tegenvalt. |
|
![]() |
|
Teleurstelling
en verdriet liggen zo dicht bij elkaar. Stel op prinsen niet je
hoop of verwachting, het is niet van vandaag of gisteren. De ene mens
is misschien gemakkelijker van vertrouwen dan de ander. Maar het gevoel
van teleurstelling en verdriet treft een ieder op zijn tijd. Het is
natuurlijk heel eenvoudig de ander hiervan te betichten. Zij stellen
ons teleur en doen ons zo verdriet in onze ogen. Maar hoe dikwijls
stellen wij zelf mensen teleur........en doen wij hen verdriet.... |
|
![]() |
|
En
onderstaande woorden blijken zo waar. Het is waar bij de eerste dag van
het nieuwe jaar. En het blijft waar wanneer de dagen en weken zich aan
één rijgen. Een afhankelijk leven van de Heere is een aanhankelijk
leven. Niet te kunnen leven zonder Hem openbaart zich in het zoeken
naar Zijn gemeenschap. En hoe anders zal dit kunnen dan in het gebed.
In het gaan naar Gods Huis. In het lezen in de Bijbel. |
|
![]() |
|
Een gelukkig jaar is een
jaar wanneer we dagelijks mogen ervaren dat de Heere van ons afweet. Dat Hij spreekt in de kleinste dingen. Vaak hebben we er niet eens erg in. Maar wanneer ons leven wordt geleid door de Gods Geest, we zullen Zijn weg gewezen worden. Het vergt echter wel enige inspanning die stem te verstaan.En genade om dan ook die weg te gaan. |
|
![]() |
|
Als
de Heere Zijn kerk bouwt, bouwt de duivel een huis ernaast. Hoe
dikwijls is dit gebleken. Bij de eerste roerselen van het spreken van
een geweten komt de duivel in actie. En dan zal direct blijken dat
bekering nog niet een weg is die gemakkelijk is. Houdt wel in dat als
de Heere is begonnen Hij niet zal laten varen het werk Zijner handen. |
|
![]() |
|
Wanneer
twee partijen het niet eens zijn gebeurt meest hetgeen nooit voor
mogelijk was gehouden. Er wordt met modder gesmeten. Hoe
verlagen we onszelf door ons op die weg te begeven. Ook dan is
het nodig het Woord te laten spreken. Wreek uzelf niet. Leg het alles
in de hand van de Heere. Hoe oneerlijk het ook is. Of lijkt. De Heere
draaide Zich om en ging Zijn eigen weg. |
|
![]() |
|
Wachten
op antwoord van de Heere kan lang duren. Voor de beleving is de Heere
zo ver weg. Doch wanneer men mag opmerken is Hij zo dichtbij. Het zijn
zomaar de hele kleine dingen die daar van getuigen. Want Hij zorgt voor
u. Wij wachten vaak op iets groots. En vergeten dan dat dit helemaal
niet nodig is. De Heere is er altijd. Zingen we daar niet van? Op
bergen en in dalen: ja overal is God. Als we dit weer mogen zien gaat
een licht op in een nacht die we in ons ongeloof zelf over ons heen
hebben gehaald. |
|
![]() |
|
Soms
te denken dat de Heere de weg je heeft gewezen. En dan in vertwijfeling
je afvragen of het wel de Heere was Die voor ging. Als er weer zoveel
op je weg komt wat er totaal niet op lijkt. Toch is het in de regel
juist dan wél van Hem. Want in het donker komt Hij tegemoet. Vraagt Hij
van ons dat we blijven volgen in de storm die is opgestoken.
Geloofsoefeningen worden niet in voorspoed gegeven. Maar juist in het
schijnbare tegen. Vertrouw op Hem. De uitkomst zal niet falen. |
|
![]() |
|
Een
tevreden mens is een gelukkig mens. Zo wordt het toch altijd gezegd?
Gelukkig als je mag zien dat de Heere het je alles geeft. Dat HIj voor
je zorgt. Wrok en wrevel kan het alles zo moeilijk maken. Niet alleen
voor jezelf maar ook voor een ander. Het op je strepen staan. De
situatie naar je hand willen zetten. Leven uit de hand van de Heere.
Niet met een vroom praatje je weg gaan. Maar eenvoudig en alleen de weg
van de liefde bewandelen. Een ieder in zijn waarde laten. En elk gunnen
wat hij of zij in het leven heeft ontvangen. |
|
![]() |
|
Tevreden
zijn met die gaven die jij hebt gekregen. Niet altijd maar weer
proberen die ander te evenaren. Met daarin te denken dat die ander meer
heeft of is dan jij. Wat heb je dan een moeilijk leven. En het is de
vraag of je op een gegeven moment nog wel jezelf bent. Gelukkig zijn in
de situatie waarin jij je bevindt. Tevreden zijn met datgeve wat jij
hebt ontvangen. Niet proberen te grijpen wat je niet toekomt. Alleen
maar vragen wat de weg is die de Heere jou persoonlijk wijst. En alles
wat je daarin nodig hebt zal je worden toegeworpen. |
|
![]() |
|
Gaven
die we gebruiken zijn niet volmaakt. Alles wat in ons is, alles wat van
ons is, het is door de zonde gebrekkig. Wee die mensen die denken dat
zij het wel kunnen.........niet zelden worden ze als onmogelijk
ervaren. Ook gaven zijn om daarin te groeien. En luisteren is dan een
eerste vereiste. Luisteren naar wat een ander zegt. En het niet ervaren
als getrapt te worden op je lange tenen. |
|
![]() |
|
Het
kinderliedje zingt het zo duidelijk: Jij in jouw klein hoekje en ik in
het mijn. De Heere maakt geen grote mensen. Hij geeft ze gaven om te
dienen. Niet om er zelf iets mee te worden. Maar om in het Gods
Koninkrijk dienstbaar te zijn. |
|
![]() |
|
Genade
maakt klein. Doch in de praktijk zien we vaak zo anders. Alsof er gist
in de schoenen zit worden mensen iets met dat wat ze onverdiend hebben
ontvangen. Hetzij in het praten, hetzij in hun doen en laten.Binnen de
kortst mogelijke tijd menen ze meer te zijn dan een ander. Beter te
functioneren. En, om kort te zijn, onmisbaar. |
|
![]() |
|
De
Heere vraagt van ons niet meer dan in ons vermogen ligt. Hij geeft
daartoe de moed en de krachten. In een leven van samen de weg
gaan is er niet een streven het maar alleen te moeten en te willen
doen. Er is een dankbaar hart wat doet beseffen dat de Heere ieder mens
persoonlijk Zijn genade schenkt. Met daarbij persoonlijke gaven. Maar
ook het inzicht dat we als één gemeente van Christus elkaar mogen
dienen. Tot een hand en een voet mogen zijn. Dan is het wel eens een
leerschool dat te willen zien en te accepteren. |
|
![]() |
|
Zalig
zijn de barmhartigen, zij zullen barmhartigheid verkrijgen. Het Woord
als richtsnoer in ons leven. Hoe gemakkelijk gaan we eraan voorbij.
Voorbij aan hen die het zo nodig hebben. Zij die aan de kant van de weg
liggen. Het leven van deze tijd is vaak zo ik-gericht. Aandacht voor de
ander in de nood van het leven wordt niet of nauwelijks dan gevonden.
En toch geeft de Heere daar waar het nodig is altijd mensen op onze
weg. En die oprecht is van gemoed, die merkt het op en keurt het goed. |
|
![]() |
|
Wat
moeten we toch dagelijks zelf voor de spiegel staan. Hoe gemakkelijk
doen we mensen onbewust pijn en verdriet. Niet in de laatste plaats
door hen te mijden, voorbij te gaan, buiten te sluiten, onderscheid te
maken waar het niet is............ |
|
![]() |
|
Zo
ook bij ons die Asielzoekers........het was een komen. En nu een gaan.
Een arm om hen heengeslagen. En dan zijn ze weer weg. Wat het heeft
uitgewerkt? Waartoe het diende? Dat weet de Heere alleen. Een hoofdstuk
is weer afgesloten. En waar de Heere een deur heeft gesloten, daar
opent Hij op Zijn tijd en wijze weer een raam. |
|
![]() |
|
Wie
ben ik voor de Heere. Zo eindigde ik de laatste keer. Ik. Dus het is en
blijft een persoonlijke zaak. En al wat je de ander de maat neemt
getuigt van geen mensenkennis. Zoals in psalm 73 staat: ik was een
groot beest bij U. Dan gaat er wat veranderen. Dan wordt het niet
langer oordelen, veroordelen. Maar een arm om die ander heen. Kom
maar..... |
|
![]() |
|
Wie
zijt gij o mens die een ander oordeelt. Moeten we ons het niet ter
harte nemen? Het Pinksterfeest getuigt van het evangelie voor alle
mensen. En niemand is daarvan uitgesloten. Is het niet juist de meest
rechts gereformeerde gezindte die het niet kan laten mensen op de
korrel te nemen? Maar, nogmaals, wie zijt gij o mens die een ander
oordeelt? Hebben we niet allen genoeg aan onszelf. Genoeg om onszelf te
onderzoeken. Met daarin de zo belangrijke vraag: wie ben ik.....voor de
Heere. |
|
![]() |
|
Het
leven met de Heere is en blijft persoonlijk. We kunnen het niet voor
een ander invullen. Job kreeg een hele zware weg. Maar zijn geloof
raakte hij niet kwijt. Het was voor hem een beproeving. De
geloofsoefeningen waren niet gemakkelijk. Maar na het zure kreeg hij
het zoet. En ontving hij opnieuw zonen en dochteren. |
|
![]() |
|
Het
is een gegeven dat mensen eraan kunnen twijfelen of hun schouders zijn
gemeten. De omstandigheden van het leven lijken zo vaak te zwaar. Doch
ontbreekt het niet vaak aan eigen verantwoordelijkheid. Men laat de
boel de boel en geeft uiteindelijk de schuld aan God.Twijfelt aan Zijn
trouwe zorg. Een weg kan dood lijken te lopen. Misschien is dit dan ook
juist Zijn bedoeling en wil Hij je een andere weg wijzen. Door een weg,
hoe zwart hoe dicht, leidt Hij naar het eeuwig Licht. |
|
![]() |
|
Soms
kunnen de dingen je in twijfel brengen. Hoe moet je hier of daar toch
op antwoorden. Maar we hebben het Woord van God. Eenvoudig en wijs tot
zaligheid. De antwoorden op al je vragen vind je in de Bijbel. En
hierover is geen discussie mogelijk. Wat zou de wetenschap het
gemakkelijk hebben wanneer ze dit zouden mogen geloven. |
|
![]() |
|
Die
vragen komen voort uit de liefde tot God. De liefde die als eerste
vrucht van de werking van Gods Heilige Geest in het hart wordt gelegd.
Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal. Zo leerde Saulus het op de weg
naar Damaskus. En zo begeren al Gods kinderen te zijn tot een lichtje
brandend in de nacht. Een ieder op de plaats waar hij of zij door de
Heere is gesteld. |
|
![]() |
|
Elke
dag als eerste dag van de rest van mijn leven. Elke dag stilstaan bij
hoe ik in het leven sta. Wat doe ik. Hoe vul ik mijn dagen. Geen
verantwoording bij een ander leggen. Maar zelf bewust leven. Het hoofd
omhoog. Het hart naar Boven. Met altijd weer de vraag in het hart:
Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal. Hoe leef ik tot Uw eer. |
|
![]() |
|
Juist
in de dagen van Advent is het een tijd waarin we ons af mogen vragen
wie onze naaste is. Zonder dat we er bij stil staan gaan er zovelen
juist in die dagen eenzaam en alleen door het leven. Een eenzaamheid
bij mensen waar wij iets aan zouden kunnen doen. En als ieder van ons
zich nu om één mens zou bekommeren, hoe anders zou het voor velen zijn.
|
|
![]() |
|
De dagen gaan open en dicht. Zo is het vrijdag en zo is het weer vrijdag. Zo is het zondag en zo is het weer zondag. Agenda's die vol staan met van alles. En is het niet heerlijk te mogen merken dat je er nog bij hoort? Waarbij vraag je je dan af. Wanneer we de samenvatting horen van de wet van de Heere: God lief te willen hebben boven alles. En onze naaste als onszelf. Zo hebben we ons aan het einde van elke dag af te vragen: waar lag mijn hart. Lag het bij mezelf? Of was ik bezig met de dingen van Gods Koninkrijk? | |
![]() |
|
Het
is dus niet goed om in onze zonden te blijven hangen. We mogen pleiten
op de vergeving en de genade die er is door de Heere Jezus. We hebben
zo een vrijmoedige toegang tot God. Die we in de Heere Jezus onze Vader
mogen noemen. En Hij zorgt voor ons. Het is bijzonder als we mogen
leren zeggen: Hij zorgt voor mij. In dat vertrouwen mag dan de weg
worden vervolgd. Hij zorgt voor mij. Ja op bergen en in dalen. Overal
is God. Mijn God. |
|
![]() |
|
Het
neemt niet weg dat we zondaars blijven. Ook na het ontvangen van
genade. We zeggen wel: hoe meer genade, hoe groter zondaar. In eigen
oog. Want in de weg van de heiligmaking komen we ze levensgroot tegen.
Elke dag zonden. Elke dag moeten en mogen we onze zonden belijden. Elke
dag zullen we in die weg vergeving ontvangen. En bovenal mogen we
weten: mijn staat ligt vast. |
|
![]() |
|
En
dat is nu juist wat velen zo moeilijk vinden. Ze blijven haken in dat
wat is gebeurd. Wat ze mogelijk zelf verkeerd hebben gedaan. Er
is maar één mogelijkheid. Schuld belijden. Vergeving vragen. Vergeving
ontvangen. En er niet meer op terugkomen. De Heere zegt: Ik werp het in
een zee van eeuwige vergetelheid. En gedenk het niet meer. Zouden wij
het dan beter moeten weten? Het is een les: ik vergeef het mezelf....... |
|
![]() |
|
Denk
eens aan het ganzenbord. Ganzen die vooruit kijken. Ganzen die dat niet
kunnen. Die doodlopen omdat ze zich omdraaien. Wat zou beter zijn. Vandaag is de eerste dag van de rest van je leven. Vergeten wat achter ligt. Er je lering uit trekken. Maar daarmee elke dag de kans opnieuw te beginnen. |
|
![]() |