Op Gods leerschool Twijfel
en aanvechtingen
komen niet zomaar uit de lucht vallen. Er is altijd een oorzaak. Het
geestelijk
leven kan je vergelijken met de reis die het volk van Israël door de
woestijn
maakte. Wanneer ze op weg waren wees de vuur- en de wolkkolom hen de
weg.
Echter, ze hadden ook tijden dat ze moesten rusten. Ze moesten blijven
op de
plek waar ze waren aangekomen. Zo
is het ook in het
geestelijk leven van Gods kinderen. Ze gaan van kracht tot kracht
steeds voort.
Maar wat ertussen licht is de klacht. Dus je kan ook zeggen: ze gaan
van klacht
tot klacht steeds voort. Van kracht tot kracht. Maar ertussen
licht de klacht. Je kan ook weer zeggen: daar liggen de dieptes. Dat is
niet
aangenaam. Die dieptes zoek je niet. Je wordt er echter wel gebracht.
Niet om
te vertwijfelen, maar om te luisteren naar dat wat de Heere je te
zeggen heeft.
Ja, want in de diepte groeit de mirte! In de diepte heeft de Heere al
Gods
kinderen iets te zeggen. Dus het is niet anders dan stilstaan en
luisteren.
Want, daar geeft Hij onderwijs. Ja, daar worden Gods kinderen verder
geleid.
Maar, dat gaat altijd met schuld en berouw samen. Want je ziet jezelf
die je
bent geweest. Doch in het verkrijgen van vergeving mag je verder gaan.
Dan
klinkt het: Zegt de kinderen Israëls dat ze verder trekken. Ja, dan ga
je weer
in Gods kracht. Je hebt het onderwijs begrepen. Het is niet zoals jij
dacht,
maar zoals God het eist. Eén
ding is duidelijk: de
Heere heeft in die donkere tijden van twijfel en aanvechtingen wat te
zeggen!
Het is dan ook heel onverstandig door te gaan terwijl er twijfel en
aanvechtingen zijn. Het is een tijd om je te verootmoedigen en te
luisteren
naar dat wat de Heere spreekt. Want wat heeft Hij te zeggen. En welk
onderwijs
wil Hij geven. Dat onderwijs komt door Zijn Woord en door Zijn Geest. Daarna
kunnen en mogen en
willen ze weer verder. In tijden van twijfel en aanvechtingen schijnt
geen
licht. Dan is het donker. En zoek je naar het licht. Alleen in Zijn licht zien wij het licht. Wanneer je
niet weet van donkerheid weet je ook
niet wat licht is. En omgekeerd. En
dan is er nog iets. Het
licht verdraagt het duister niet. En ook verdraagt het duister het
licht niet.
Dat was al in de tijd dat de Heere Jezus op aarde wandelde. Zij die
Zijn licht
niet hadden ontvangen vervolgden Hem. Zij kruisigden Hem. Ze dachten al
in het
licht te wandelen. Hun eigengerechtigheden wilden ze niet kwijt. Liever
dat Eén
voor het volk stierf dan allen. Van
nature wandelen we allen
in het donker. En het ergste is, we weten het dus niet. Want we kennen
het
Licht niet. We kunnen spreken over het Licht terwijl we in het duister
wandelen. Wandelen in het Licht is altijd te herkennen aan de Liefde.
En de
liefde zoekt zichzelf niet, die zoekt altijd de Ander en de ander.
Wanneer we
echter éénmaal het Licht hebben gezien, dan kunnen we niet in het
duister
{aanvechtingen en twijfel} verder…..we rustten…net zolang tot we het
hebben
begrepen. |
|