Mijn
genade is U genoeg. Geen
mens ervaart dit leven
als een feestje alleen. Immers, dan zouden wij hier altijd willen
blijven. In
ieders leven zijn de hoogte- en dieptepunten. Zeker is het zo dat de
één meer
meemaakt dan de ander. Doch nergens is het altijd zonneschijn. De
Heere openbaart Zich door
Zijn Woord en Geest. Althans, dat wil Hij. En in harten van mensen mag
dit
leiden tot het geloof. Geloof in Hem. En geloof in Zijn beloftes. En
met en
door dat geloof in die beloftes mogen Gods kinderen staande blijven in
de
omstandigheden van het leven. Maar de uitkomst is van de Heere alleen. Dat
geloof is niet altijd
even sterk aanwezig. Er zijn mensen met een groot geloof. Er zijn ook
mensen
met een klein geloof. Het geloof groeit in de omstandigheden van het
leven als
het goed is. Wanneer wordt bevestigd en gezien: Want Ik zorg voor u.
Wanneer
wordt vastgehouden aan de belofte dat de Heere altijd Dezelfde blijft. Het
geloof in de trouwe zorg
van de Heere in dit leven maakt de omstandigheden anders. Hoe donker
ooit Gods
weg moge wezen, Hij ziet in gunst op die Hem vrezen. En in de
omstandigheden
betoont de Heere Zich een waarmaker van Zijn Woord. Ze blijven staande.
Het
is niet zo dat ons
geloof ons zalig maakt. Maar ons geschonken geloof bewaart ons voor
moedeloosheid of vrees om om te komen in de handen van Saul. Dat geloof
is dus een
geschonken iets. Dat hebben we van onszelf niet. Dat kan alleen de
Heere ons
schenken. Er is daaraan verbonden de opdracht om te groeien in het
geloof in
dit leven. Geloof en geloofsgroei is iets bijzonders. Dat is genade. En
genade
van de Heere is genoeg om door dit leven te komen en om er eenmaal uit
te gaan.
De Heere spreekt dit ook in Zijn Woord. Mijn genade is u genoeg. Het
is, nogmaals, zeker niet zo dat wij, als
we maar eenmaal
geloven, nooit meer zullen twijfelen. Een mooi voorbeeld is Petrus die
over de
golven wil wandelen. Eén ogenblik van twijfel is nodig dat de Heere
opnieuw hem
bij de hand pakt. Hem aanspreekt op zijn twijfel. Maar door de genade
van de
Heere komt Petrus niet om in de golven. Omstandigheden
in het leven
zijn er om geoefend te worden in het geloof. David heeft dit ervaren.
Zo ik
niet had geloofd. Doch in het leven van David waren ook andere
momenten.
Momenten waarop hij niet geloofde. Waarop hij dacht het maar zelf op te
lossen.
Het is bijzonder dat de Heere hem de genade gaf om weer bij Hem terug
te komen.
Terwijl hij het in zijn ongeloof had verdiend dat de Heere hem maar had
laten
omkomen. Dan
komen we weer en opnieuw
terug op psalm 146. Zalig hij die in dit leven de God van Jacob tot
zijn hulp
heeft. Dwars door alles heen leidt de Heere deze mensen. Hij ziet hen
aan
ondanks wie ze waren, zijn en blijven. En steeds en opnieuw leert Hij
hen
zingen van de trouwe zorg die Hij heeft laten zien. |
|