De
verandering…… We
maken een hele
verandering mee in het kerkelijk leven. Ik zeg het bewust. Het
kerkelijk leven.
Want het geestelijk leven is iets wat over kerkmuren heen hetzelfde is.
En
blijft! De inleving van schuld. Het besef God kwijt te zijn. Zonder God
door
het leven te gaan. De beleving zonder Hem niet verder te kunnen. Het
zien op de
Heere Jezus Christus. Het geloof in de Zaligmaker. De vergeving van de
zonden
door het enten in Hem. En dan uiteindelijk het leven vanuit de
dankbaarheid.
Met daarin het dagelijks ervaren dat er nog zoveel tekort en zoveel
schuld
overblijft. Het leven uit het geloof. Het uitzien naar Hem. Met altijd
nog weer
de wetenschap dat het zonder een drie-enig God omkomen blijft. In
het kerkelijk leven is
een verandering gaande. En van de ene verandering komt de andere. Het
steekt
allemaal niet meer zo nauw. Als je maar gelooft. En daar gaat het nu
om. Want
wat moet je geloven. Het antwoord is duidelijk. In de Heere Jezus.
Alsof Hij
een sinterklaas is. Maar zo is het nu eens echt niet.
God gaat niet aan Zijn recht voorbij.
Hij gaat niet aan de schuld voorbij. Het is niet om het even hoe we
leven of
wat we doen. En dan maar geloven dat die lieve Heere Jezus het wel
vergeeft en
dat het wel goed komt. Het was zo niet. En het is zo niet. En het zal
zo nooit
worden. Sion wordt door recht verlost. Niet door meer. Maar ook niet
door
minder. Er moet een wonder in het leven gebeuren. En van dat wonder
zullen al
Gods kinderen eeuwig zingen. Want dat wonder is niet aan hen voorbij
gegaan. Ze
weten van een eertijds. Ze weten van een verleden. Ze weten dat ze
zonder God
waren. En elke Godontmoeting is en blijft een wonder. Er
is in het kerkelijk leven
een grote verandering gaande. We moeten geloven. We moeten meedoen. We
moeten
niet zo tobben. We moeten ….we hebben nog nooit zoveel
gemoeten. We moeten God
loven en prijzen. Maar over het inleven van schuld en omkomen wordt
niet meer
gesproken. En als we niet meekunnen dan zijn we ouderwets. Dan spreekt
men met
minachting over ons. Doch die geleerd hebben wat het is om van genade
te leven
zullen zich niet storen aan al het nieuwe wat wordt voorgehouden.
Waarin men
mensen probeert mee te slepen. Kleding, haardracht, woordgebruik, het
is
allemaal niet belangrijk. We moeten meedoen. Gods
Woord leert anders. Er
is een volk wat apart wordt gezet. Een volk wat wordt geleid door het
Woord en
door de Heilige Geest. Een volk wat niet meekan. Een volk wat
uiteindelijk ook
niet meewil. Zij wachten op de roering van het water. Zij wachten tot
het de
tijd is dat de Heere Zich aan hen openbaart. Zij zien uit naar de
vervulling
van de belofte in hun persoonlijk leven. In het zaligmakend geloof wat
uiteindelijk alleen hen kan behouden. De
Heere spreekt in Zijn
Woord duidelijk over de liefde. De liefde die mensen aan de dag leggen
tot God.
En de liefde die zich uit naar de naaste. Zonder liefde zijn alle
mensen een
klinkend metaal. Liefde is de eerste vrucht van de Heilige Geest. Die
liefde
zoekt God. Maar die liefde zoekt ook de mensen om zich heen. Die liefde
probeert niet een eigen weg in te slaan en die en deze achter zich aan
te
krijgen. Het heeft een zichzelf wegcijferende eigenschap. Door
alle eeuwen heen is
veel veranderd. Doch de Heere is Dezelfde gebleven. En zoals Hij door
de eeuwen
heen Zijn volk leidde, zo zal Hij dat altijd blijven doen. Groot is de
trouw
van de Heere wanneer Hij de ogen hiervoor opent. Dat neemt veel angst
en
twijfel weg. Dat neemt ook veel strijd weg. En
het doet gelovig de
weg verder gaan achter Hem
aan. |
|