De
vierschaar van het
geweten. Hoe
dikwijls komen wij
erachter wie mensen zijn. Wie we zelf zijn. Ontrouw. We komen onze
beloftes
niet na. En laten anderen vaak in de kou staan. Zijn niet waar we wezen
moeten.
Wie we moeten zijn. Denken meest alleen aan onszelf. Het zijn maar
enkele zinnen.
Maar genoeg om over na te denken. Wie waren we vandaag. Gisteren. En in
de week
die achter ligt. Waar hielden we ons mee bezig. Waar lagen onze
prioriteiten. En….hoe
denken we het in het verdere te doen? Zijn het geen dingen om elke keer
weer
bij bepaald te worden? Over na te denken? Leven
met de Heere is een
leven in gehoorzaamheid aan dat wat de Heere van ons vraagt. En wie zal
dat
volkomen kunnen houden. Het is een leven van vallen en opstaan. Maar
wie weet
van de liefde van en voor de Heere zal ook ervaren dat het de Heere
nooit moe
wordt gevallen mensen op te rapen en daar te brengen waar zij horen.
Als
levende lidmaten van Zijn Kerk. Het is het bevindelijke leven. En wordt
hier
nog waarde aan gehecht? Is bevinding nog aan de orde? We geloven
immers. En dan
is het toch goed? De
Heere is trouw. Wat Hij
eenmaal heeft gesproken heeft Hij gezworen. En zo zal Hij niet toelaten
dat er
één van de Zijnen verloren gaat. In der eeuwigheid niet. Hij is de
Almachtige.
De Alomtegenwoordige. En waar mensen denken dat het een uitgemaakte
zaak is,
waar ze denken dat het een verloren zaak is, daar zal Hij tonen van hen
af te
weten. Hij zal juist in de situatie die zo recht of zo uitzichtloos
lijkt laten
zien Wie Hij is. Het is trouw al wat Hij ooit beval. Het staat op recht
en
waarheid pal. En mensen die verder en meer onderwijs nodig hebben op de
weg zal
Hij dat schenken. Hij weet middelen en wegen om de meest afgedwaalde op
het
juiste pad te brengen. Te houden. Het
geloof leert Gods trouw
beamen. Ook in de meest moeilijke omstandigheden betoonde Hij dit.
Ongeloof en
wantrouwen denkt dat het verloren is. En toch is de Heere aan ons
ongeloof en
aan onze twijfel niet gebonden. Net zo min als Hij dat is aan onze
eigen
bedachte zekerheden. Hij betoont Zijn
trouw ook dan zo trouw. Trouw aan ontrouwe mensen. Aan een ongelovig en
verkeerd geslacht. Net zolang tot ze het uitroepen dat Hij het alleen
is Die
moet en kan verlossen. Wanneer
mensen door Gods
Geest aan zichzelf worden ontdekt, ze zien wie ze zelf zijn. Natuurlijk
zijn er
steeds opnieuw de uitvluchten om maar weer en steeds opnieuw naar die
ander te
kijken. Zo is een mens van zichzelf. Doch eerlijk makende genade leert
anders.
Dan wordt het voor het eerst of opnieuw een persoonlijk verloren zaak.
Dan
wordt het bukken en buigen voor het heilig recht van de Heere. Het
wordt een
erkennen dat het recht zou zijn als de Heere hen weg zou doen van voor
Zijn
heilig Aangezicht. Dan komt er plaats voor een Borg. Voor Iemand Die de
schuld
wil dragen. Die de schuld wegneemt. Zodat de weg tot God vrij is.
Natuurlijk is
er in dat ogenblik veel strijd. De duivel probeert alles om de twijfel
en het
ongeloof te voeden. Maar in de vierschaar van het geweten zal de Heere
opstaan.
Hij zal tussentreden en in het geloof zal daar de schuld zijn
uitgedelgd.
Weggedragen door de Heere Jezus. Dan zal in een weg van terugzien
gezien worden
hoe groot de trouw van de Heere was. Altijd weer wilde Hij dit laten
zien.
Beleven. Doorleven. Steeds opnieuw was het de mens zelf die er tussen
stond met
zichzelf. Die het beter wist. Die het wel wist. Doch het is niet een
leren en
geloven zo wij dat willen. Het is de Heere Zelf Die datgene bekend
maakt wat
nodig is. En wel door Zijn Woord en Geest. |
|