Door
lijden geheiligd. Wij
mensen leven in een
wereld die door de zonde ten ondergang is gedoemd. Door een Godswonder
is er de
mogelijkheid verlost te worden van de weg die mensen van nature ten
deel valt.
Het is in de weg van het kruis. De Heere Jezus heeft het kruis
gedragen. In een
weg van lijden, sterven en opstaan ligt het behoud van allen die in Hem
geloven. Wij weten dat het leven een gestadige dood is voor iedereen.
Elk huis
heeft zijn kruis. Door genade mogen we weten dat in het dragen van het
kruis
wat ons is opgelegd de vraag ligt besloten waar we onze kracht vandaan
halen. De
vraag wat we doen met ons leed. De vraag waar we met alles wat ons in
het leven
wordt toebedeeld heengaan. De enige weg die ons de overwinning schenkt
is de
hulp en de zegen van de Heere. Wanneer onze verwachting van de Heere
is, we
zullen nooit en te nimmer beschaamd uitkomen. God is onze Vader. Hij
zorgt voor
Zijn kinderen zoals geen aardse vader dat doen kan. Hij weet wat ze
nodig
hebben. Laat hen vastlopen zodra ze het zelf weer denken te kunnen.
Zodat ze
weer op die plek terechtkomen waar de Heere hen wil hebben. De Vader in
de
hemel houdt alles van de Zijnen in de gaten. Hij ziet als ze moe
worden. Hij
ziet als ze niets te eten hebben. Hij ziet als ze verdriet hebben. En
op de
meest wonderlijke wijze redt Hij van alles en van allen. Hij zal hen
nooit om
doen komen. In de grootste smarten is Hij. Let wel, Gods kinderen
worden niet
gespaard voor de ellende. Ze worden wel bewaard in de ellende. Hun val
zal Hij
nooit toestaan. Toch heeft Hij een doel met datgene wat Zijn kinderen
in dit
leven moeten meemaken. De Heere heeft in Zijn Woord laten optekenen dat
er in
dit leven een totale loutering en heiliging plaats zal moeten vinden.
In de
smeltkroes of de oven is sprake van het geheiligde kruis. Alles van de
mens
zelf moet sterven. Zodat er steeds meer plaats komt voor de Heere
Jezus. Zodat
ze steeds meer Zijn beeld gaan vertonen. In die weg meerdere vruchten
voor Hem
dragen. Meer en meer op Hem gaan lijken. In alles zal gezien worden dat
de
liefde die de Heere had aan Gods kinderen wordt toebedeeld. Nooit
zullen ze
volmaakt hier beneden zijn. En altijd weer zal de zonde ook hen ten
deel zijn. Waardoor
donkerheid over hen valt. Maar in een weg van schuld en berouw zal het
licht
weer in hun ziel opgaan. Er wordt weer adem gehaald. Want er is weer
licht
gekomen. Lange tijd was het donker. Maar bij de terugkomst van de Heere
Die het
licht en daarmee het leven opnieuw heeft gegeven komen de tranen. Deze
strijd
is gestreden en er is opnieuw een stuk van de oude mens gestorven.
Terugkijkend
is er de verwondering van het wonder van de bekering van de mens. De
totale
omkeer. De totale vernieuwing. Dat de Heere door Zijn Woord en Geest
mensen
haalt uit de duisternis en ze brengt tot het Licht. Ze niet alleen
trekt maar
ook vasthoudt. Elk kind van Hem persoonlijk leidt en oefent in het
leven. Net
zo lang oefent en loutert tot er als het ware een evenbeeld van de
Heere Jezus
is gevormd. Dan houden alle praatjes over dit en dat in geestelijk
opzicht te
moeten meemaken in het leven op. Alle tekstjes en versjes die misschien
ooit
eens zijn gekregen. Dan is er alleen maar het zich geborgen weten in de
veilige
armen van de Heere. In de wetenschap dat het ook deze keer weer
moeilijk was.
Dat het ook deze keer weer omkomen leek. Maar dat ook deze keer weer de
bijzondere zorg van de Heere is gebleken. Van de God in de hemel Die ze
hun
Vader weten. Ze weten dat het niet de eerste keer was. Dat de twijfels
mogelijk
ooit weer zullen komen. Maar dat het alles in de handen van de Heere
veilig was
en ook altijd veilig zal zijn. Dat het alleen in deze weg van het kruis
geen
kalme reis zal zijn maar wel een behouden aankomst. |
|