Wreek uzelf
niet. Een christen
wreekt zichzelf niet.
Maar die het overlegt in de handen van Hem Die rechtvaardig oordeelt.
Ook de
beoefening van dat geloof is geen eenvoudige weg. Ziende op zichzelf
kan een
kind van God niet geloven dat de Heere nog naar hem om zou willen zien.
En toch
is daar die gepaste vrijmoedigheid om met alle zorgen en verdriet Hem
aan te
blijven lopen. Een
christen kan zo uitzien naar
Christus. Ze kunnen zo verlangen weer iets van Hem te mogen opmerken.
Soms is
er door de tralies van het geloof een glimp op te vangen. Doch dan kan
alles
weer zo dor en donker zijn. Een christen gaat van de meevallers leven.
En de
Heere Zelf weet hoeveel ze nodig hebben.
Zo
gaat een christen van klacht
tot klacht. En dan toch weer van kracht tot kracht. In die weg leren ze
de
Heere volgen. Zo
wordt een kind van God
geoefend. Nooit voorop gaan. Altijd weer achteraankomen. De houding van
een
christen roept veel vraagtekens op bij de mensen die om hem gaan. Het
maakt ook
een scheiding. Waar sommigen direct klaarstaan met een veroordeling in
de mond,
anderen wachten zich ervoor. En de eeuwigheid zal uiteindelijk
openbaren wat in
Christus werd gevonden. Een
kind van God leert zichzelf
kennen als onverbeterlijk. Dit werkt ootmoed uit. Een kind van God
wordt
kleiner, steeds kleiner. Zo klein dat ze uiteindelijk in de hand van de
Heere
passen. Bij dagen en bij nachten roepen ze Hem aan. Meer en meer
ervaren ze dat
uit hen geen vrucht zal zijn in der eeuwigheid. Vruchten worden altijd
alleen
in Christus gevonden. Gods
kinderen zijn leerlingen van
de school van vrije genade. Uit Christus ontvangen ze door de Heilige
Geest hun
onderwijs. Ze worden geroepen om in dit leven als soldaat van de Heere
Jezus te
strijden. De wereld, de duivel en hun boze hart
is de driehoofdige doodsvijand. De ene christen
staat vooraan in
de strijd. Terwijl een ander een plaats inneemt die meer beschut is.
Het kan
lijken alsof een mens totaal alleen de oorlog voert. Doch waar het
nodig is zal
de Heere altijd zorgen voor een medestrijder. Mozes ging met zijn broer
naar
Farao. En uiteindelijk kreeg de Heere Jezus een Simon die Zijn kruis
mee moest
dragen. Het
gaat verder. Een christen ziet
in zijn leven steeds meer hoe hij de voetstappen van Zijn Meester
drukt. Spot,
hoon, verachting brengen hem meer en meer in de weg van de vernedering.
Soms
schijnbaar door echt allen verlaten. De Heere worstelde Zijn strijd
alleen. Hij
riep uit dat Hij zelfs van Zijn Vader was verlaten. Zijn discipelen
konden geen
uur met Hem waken. Zo
komt in het leven van een
christen uiteindelijk de volledige overgave. Ze moeten leren vertrouwen
op de
Heere alleen. Steeds opnieuw schijnt hen het water te overstromen. Vaak
worden
ze bedreigd door het vuur. Vrees doet hen vaak beven. Doch gelouterd
door het lijden
zien ze Jezus alleen. De Heere leert hen eigen krachten te verachten. Het van mensen niet te verwachten. De zaligheid is een groot gewin met vergenoeging. Geoefende christenen zullen straks geen vreemde God ontmoeten. Aan het einde van de reis wacht hen een behouden Aankomst. Dan zullen ze eeuwig zingen van Gods goedertierenheden. Van de weg Die God van eeuwigheid heeft uitgedacht om toch nog weer met God verzoend te worden. De zaligheid is in Jezus Christus. Hij is de dood ingegaan. In het volgen van Hem mogen we ook delen in Zijn opstanding. Het nieuwe leven in en door Hem. En allen zullen ze hier bij tijden proeven en smaken dat de Heere goed is.
|